2tha1 Feit, mening en argumenten

Welkom bij Nederlands
Wat heb je nodig:

-laptop
-lesboek/ schrift + pen
timer
2:30
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands
Wat heb je nodig:

-laptop
-lesboek/ schrift + pen
timer
2:30

Slide 1 - Slide

Feit - Mening - Argument

Slide 2 - Slide

Opbouw van de les

  1. Korte opdracht over feit, mening en argument 
  2. Korte uitleg over feit, mening, argument
  3. Maken van huiswerk

Slide 3 - Slide

Er volgt zo een afbeelding
Wat te doen: 
1. Je moet kiezen;
2. Leg uit waarom je deze keuze maakt;
3. Je hebt voor deze opdracht 2 minuten (schrijf op je blaadje/schrift).

Slide 4 - Slide

timer
3:00

Slide 5 - Slide

Doel van de les
  • Je weet wat een feit is.
  • Je weet wat een mening is.
  • Je weet wat een argument is.

Slide 6 - Slide

Wat is een feit?

Slide 7 - Mind map

EEN FEIT

Iets waarvan zeker is dat het gebeurd is of dat het (on)waar is.
Je kan het controleren of opzoeken.

Slide 8 - Slide

Wat is een mening?

Slide 9 - Mind map

EEN MENING OF STANDPUNT
Wat je ergens van vindt.
Je gedachten over iets.
Herken je soms (lang niet altijd) aan signaalwoorden als:
                               ik vind,                naar mijn mening,
                               volgens mij,        mijns inziens,
                               lijkt mij.
Tekst
Tekst

Slide 10 - Slide

Wat is een argument?

Slide 11 - Mind map

EEN ARGUMENT

Een bewijs of verdediging/overtuiging
waarom je het doet of vindt.
Herken je aan signaalwoorden als: 
want, omdat, namelijk en immers

Slide 12 - Slide

Zelfstandig werken
Cursus 1 Meer dan Lezen
Paragraaf (TH) 6, (HA) 4, (A) 4
Opdracht 1 t/m 8,
Je werkt in je schrift of online.
(TH blz. 37 t/m 41) (HA blz. 26 t/m 31)
timer
20:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link