Week 39 Reading Skills

Welcome back!

1 / 30
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2-4

This lesson contains 30 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welcome back!

Slide 1 - Slide

How was your holiday?
What did you do?

Slide 2 - Slide

English
February 28th, 2024

Slide 3 - Slide

What do you remember?
Before reading
Reading strategies

Slide 4 - Slide

1
Voor het lezen


Voordat je gaat lezen, ga je je eerst een beeld vormen van de tekst. 
 - Plaatjes
 - Titel
 - Tussenkopjes

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

The title
Robot teachers

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Bij vragen naar bepaalde informatie, ga je         scannen. Als de vraag bijvoorbeeld is hoeveel iets kost, ga je op zoek naar bedragen.
2B
Scannen: je moet zoeken naar bepaalde informatie. Als je dat gevonden hebt, hoef je de rest van de tekst niet te lezen.

Slide 10 - Slide

Find the house number
10 seconds!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

What was the house number?

Slide 13 - Slide

What year was the school in?
10 seconds!!

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

What was the year?

Slide 16 - Slide

2A
Je kunt op verschillende manieren lezen :

Skimmen: je gaat de tekst snel lezen, omdat je ongeveer wilt weten waar de tekst over gaat. Je doet dat door naar opvallende stukjes te kijken en van iedere alinea de eerste en de laatste zin te lezen.
Bij een vraag over de hele tekst, ga je skimmen. Je gaat zoeken naar aanwijzingen voor het antwoord.

Slide 17 - Slide

What is the topic of this text?
10 seconds!

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

What was it?

Slide 20 - Slide

What is the next text for?
10 seconds!!

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

What was it for?

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Intensief lezen: Hierbij neem je de tekst woord voor woord, regel voor regel, door.
2C
Als er in een vraag regelnummers gegeven worden, is het vaak de bedoeling dat je de gehele alinea intensief leest.

Slide 25 - Slide

Bij meerkeuzevragen, staan de vragen gewoonlijk op volgorde van de tekst. Lees alleen de vraag en het stukje waar volgens jou het antwoord in staat. Probeer vervolgens zelf een antwoord te geven en vergelijk dat met de antwoorden die gegeven zijn. Kies dan het antwoord dat het meest op jouw antwoord lijkt. Kom je er niet uit, dan is het vaak een kwestie van een paar keer 'heen en weer' lezen.
3

Slide 26 - Slide

Onbekende woorden
Bij lezen (en luisteren) heb je zelf geen invloed op de woorden die worden gebruikt. Je zult woorden tegenkomen die je niet kent. Als je te veel woorden niet kent (meer dan 10%), zul je moeite hebben met de tekst. Onbekende woorden hoeven echter niet altijd problemen op te leveren of opgezocht te worden in het woordenboek. Er zijn manieren om achter de betekenis van een woord te komen:
4

Slide 27 - Slide

4A
  •  probeer de betekenis te raden door de hele zin goed te lezen.
  • kijk of het woord lijkt op een Nederlands woord of een andere taal die je kent.

Slide 28 - Slide

Improve your reading skills 
1. Read as often as possible
2. Read things you're interested in
3. Practise scanning for specific information

Slide 29 - Slide

Practice!

Slide 30 - Slide