Vervolgles: Werkwoordspelling en Artikel

Leesboek 2
- Alleen je leesboek ligt op tafel
- Start met lezen
- Ik loop straks rond om titels goed te keuren

timer
20:00
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leesboek 2
- Alleen je leesboek ligt op tafel
- Start met lezen
- Ik loop straks rond om titels goed te keuren

timer
20:00

Slide 1 - Slide

Spelling en het Artikel
  • Taalverzorging: werkwoordspelling 

  • Hoe schrijf je een artikel?
  • Oefenen met het schrijven van een artikel
  • Lezen

Slide 2 - Slide

Lesdoel

Aan het einde van de les heb je de werkwoordspellingsregels helder en kan je deze toepassen op je schrijfproduct

Aan het eind van de les weet je hoe je een artikel schrijft 
volgens de regels van het examen

Slide 3 - Slide

De infinitief is...
A
de ik-vorm
B
het hele ww
C
de pv tegenwoordige tijd
D
de pv verleden tijd

Slide 4 - Quiz

Wat is de infinitief?
A
schilder
B
schilderen
C
geschilderd
D
schilderend

Slide 5 - Quiz

Wat is de infinitief?
A
bewegen
B
beweeg
C
bewoog
D
beweegt

Slide 6 - Quiz

De persoonsvorm heeft drie kenmerken.

Wat is de persoonsvorm?
A
De persoonsvorm
B
heeft
C
drie
D
kenmerken

Slide 7 - Quiz

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm?
A
Hoe
B
vind
C
je
D
ook

Slide 8 - Quiz

De persoonsvorm is altijd een werkwoord.

Wat is de persoonsvorm?
A
De persoonsvorm
B
is
C
altijd
D
een werkwoord

Slide 9 - Quiz

Wat is een voltooid deelwoord?
A
heel werkwoord
B
persoonsvorm
C
ge-be-her-ver-ont woorden
D
werkwoordelijk gezegde

Slide 10 - Quiz

Wat is geen voltooid deelwoord?
A
geslapen
B
geweest
C
blijven
D
gegeten

Slide 11 - Quiz

Wat is een voltooid deelwoord?
A
werkwoord
B
de , het , een
C
persoonsvorm
D
zelfstandig naamwoord

Slide 12 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord?
A
Loop
B
Liep
C
Gelopen

Slide 13 - Quiz

Werkwoordspelling
Nakijken opdracht 1
Maken opdracht 2

Klaar? Verder met opdracht 3


timer
10:00

Slide 14 - Slide

Wat zijn de belangrijkste kenmerken van een artikel?

Slide 15 - Slide

Opbouw van een artikel
  • Plaats boven je artikel een passende titel
  • In de inleiding staat de aanleiding van je artikel: waarom je het artikel schrijft
  • In het middenstuk (kern) staat de meeste informatie (wat, waarom, waarover..)
  • In het slot staat wat je hoopt te bereiken met het artikel
  • Begin de alinea's niet met 'ik'
  • Zet je voor- en achternaam onder het artikel
  • Al deze onderdelen zijn losse alinea's!

Slide 16 - Slide

Beoordeling artikel
  • Inhoud: 6 punten - benoem alle punten die volgens de opdracht genoemd moeten worden. 
  • Taalgebruik: 5 punten - spelling, formulering, interpunctie. 
  • Conventies: 2 punten  - passende titel, alinea's, voornaam en achternaam, passend taalgebruik, logische volgorde. 

Slide 17 - Slide

Aan de slag!

Oefentoets 1 Zeeleeuwen
Gezamenlijke start
30 minuten schrijven

Klaar? Even melden en nakijken, lezen
timer
30:00

Slide 18 - Slide

Doelen behaald?
  • Je weet hoe je een artikel schrijft volgens de regels van het examen

  • Je kent de werkwoordspellingsregels en kan deze toepassen

Slide 19 - Slide

Lezen, artikel, spelling
Lezen - 10 minuten

Afronden artikel

Werkwoordspelling mk. t/m opdr. 6

Huiswerk maandag: Leesboek 2, 3 x 10 pagina's lezen
timer
15:00

Slide 20 - Slide