so - or - and - because - because of - since - as - so that - but - yet - however - although - though - despite - until - before - after - when - while - if
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3
This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Conjunctions (voegwoorden)
so - or - and - because - because of - since - as - so that - but - yet - however - although - though - despite - until - before - after - when - while - if
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Waarom voegwoorden?
Weet je de betekenis, dan weet je het doel.
Daarmee kun je sneller een tekst begrijpen.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Wat zijn voegwoorden?
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Conjunctions - voegwoorden
Leer deze uit je hoofd!
Theory reader p. 46
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
We left early, so we were home on time. Wat is het doel van 'so'?
A
geeft een gevolg aan
B
legt een keuze uit
C
geeft een opsomming
D
geeft een oorzaak aan
Slide 5 - Quiz
We left early = aanleiding
we were home on time = gevolg
so -> geeft gevolg aan
This is the best store if you like gadgets. Wat is het doel van 'if'?
A
geeft een gevolg aan
B
legt een keuze uit
C
geeft een voorwaarde
D
geeft een oorzaak aan
Slide 6 - Quiz
if you like gadgets = voorwaarde
this is the best store = resultaat
if geeft voorwaarde aan
He failed the test despite his hard work. Wat is het doel van 'despite'?
A
geeft een tijd aan
B
legt een keuze uit
C
geeft een voorwaarde
D
geeft een tegenstelling aan
Slide 7 - Quiz
He worked hard = positief
he failed the test = negatief
despite geeft tegenstelling aan
My train got delayed
She is very rich.
You can have chocolate
I didn't buy the dress
I'm late for work.
, she's not very happy.
vanilla ice cream.
I really loved it.
although
or
so
however
Slide 8 - Drag question
This item has no instructions
Maak af: She was mad ... I stole her make-up.
Slide 9 - Open question
This item has no instructions
Maak af: Yesterday the heating was broken, ..... we wore coats in class.