H2 par. 3 De Inuit in het noordpoolgebied

1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Leerdoelen paragraaf 3
  • Je weet wat de bevolkingsdichtheid is van de poolstreken.
  • Je kent de kenmerken van een toendra.
  • Je kent de kenmerken van landijs en zee-ijs. 

Slide 3 - Slide

Waarom is het zo koud in de poolgebieden? B48
Reden voor de kou?
- Zonnestralen vallen schuin, moeten een groot oppervlak verwarmen, waardoor de warmte afneemt.
- Zonnestralen leggen en lange weg af door de dampkring, komen wolken en stofdeeltjes tegen, waardoor de warmte afneemt.
herhaling!

Slide 4 - Slide

Noordpool gebied
  • Het noordpoolgebied ligt binnen de noordpoolcirkel: de breedtegraad van 66½⁰ N.B. 
  • hoge breedte
  • hele jaar koud
  • Inuit - bewoners kustgebied Noordelijke IJszee - 150.000 mensen




Slide 5 - Slide

Groenland
  •  grootste eiland op aarde
  • 50x groter dan Nederland
  • 60.000 inwoners in de kustgebieden
  • binnenland is bedekt met sneeuw en ijs

Slide 6 - Slide

Toendra
winter:
  •  lange winters
  • sneeuw en ijs
  • 9 maanden per jaar bevroren bodem: permafrost


zomer:
  •  korte zomers
  • sneeuw en ijs smelten
  • smeltwater kan niet in de grond  zakken + weinig verdamping = drassig

   

Slide 7 - Slide

Taiga (Naaldbos)
  • Canada en Rusland

Kenmerken:
  • Ligt In de gematigde zone tegen de poolstreken aan.
  • zomer: warmer > 10 ⁰C
  • Winter: Kouder <-3⁰C
  •  naaldbossen



Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Aan de slag:
Wat?
§2.3
Lees: 2.2 op blz. 28 en 29 in je LB.
Maken opdracht: 1 t/m 4 op blz. 30 en 31
Hoe?
Eerste 10 minuten werk je zelfstandig, hierna meg je samen werken.
Waar?
Werkboek  
Hulp?
- Theorie: lees de tekst eerst door!
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Noteer in je schrift de begrippen met de betekenis
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

    taiga
  toendra
   landijs

Slide 13 - Drag question

naaldboomgordel
loofboomgordel
toendra

Slide 14 - Drag question

Wat is geen kenmerk van een toendra?
A
Er groeien struiken
B
Er groeien veel hoge bomen
C
De winters duren 9 maanden
D
Er is permafrost aanwezig

Slide 15 - Quiz

Wat groeit er in de taiga?
A
Loofbomen
B
Grassen en struiken
C
Niets
D
Naaldbomen

Slide 16 - Quiz

Permafrost komt voor in de taiga
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Leerdoelen paragraaf 3
  • Je weet wat de bevolkingsdichtheid is van de poolstreken.
  • Je kent de kenmerken van een toendra.
  • Je kent de kenmerken van landijs en zee-ijs. 

Slide 18 - Slide

Hoe verder weg van de evenaar hoe kouder. 

Slide 19 - Slide

landijs
zee-ijs

Slide 20 - Slide

pakijs
drijfijs

Slide 21 - Slide

Smeltend ijs

Slide 22 - Slide

Landschappen van koud naar warm
Eeuwige sneeuw        Toendra                                 Taiga B86                    Loofbos B85
- het vriest er altijd
- sneeuwval
- eeuwige sneeuw
- landijs 3.000 meter dikke laag op Groenland
- zee-ijs tot 17 meter dik in de Noordelijke IJszee
- zomer tot 10 graden
- boomloos door de kou = boomgrens
- grassen, mossen, lage struikjes
- diep in de grond permafrost = altijd bevroren bodem
- zomer, ontdooide moerassige bovenlaag
- zomer warmer dan 10 graden
- taiga = naaldbos
- naalboomgordel groeit tot de de boomgrens (toendra)
- verschil tussen zomer en winter temperatuur
- loofbos = eik, beuk, iep
- loofboomgordel groeit soms door de naaldboomgordel = gemende bos

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Aan de slag:
Wat?
§2.3
Lees: 2.2 op blz. 28 en 29 in je LB.
Maken opdracht: 5 t/m 8 op blz. 31 en 32
Hoe?
Eerste 10 minuten werk je zelfstandig, hierna meg je samen werken.
Waar?
Werkboek  
Hulp?
- Theorie: lees de tekst eerst door!
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Noteer in je schrift de begrippen met de betekenis
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof
timer
10:00

Slide 25 - Slide