What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
D10B r1-7
‘Perfide, | cur | hieme | naves |
paras
?
Cur |
cupis |
abire?
Mene |
fugis
?
Postquam | in oram Africae |
pervenisti
, |
nonne | te | bene|
accepi
?
1 / 39
next
Slide 1:
Slide
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
39 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
‘Perfide, | cur | hieme | naves |
paras
?
Cur |
cupis |
abire?
Mene |
fugis
?
Postquam | in oram Africae |
pervenisti
, |
nonne | te | bene|
accepi
?
Slide 1 - Slide
‘Perfide, cur hieme naves paras?
In welke vorm staat paras?
A
2e ev ind prae
B
2e ev ind imperf
C
2e mv ind prae
D
2e mv ind perf
Slide 2 - Quiz
‘Perfide, cur hieme naves paras?
In welke naamval staat perfide?
A
nom
B
gen
C
dat
D
voc
Slide 3 - Quiz
‘Perfide, cur hieme naves paras?
Welke naamval en functie heeft naves?
A
nom ev - onderwerp
B
nom mv - onderwerp
C
acc mv - lijdend voorwerp
D
voc mv - aangesproken persoon
Slide 4 - Quiz
Cur cupis abire?
In welke vorm staat cupis ?
A
2e ev ind prae
B
2e ev ind imperf
C
2e mv ind prae
D
2e mv ind perf
Slide 5 - Quiz
Mene fugis?
In welke vorm staat fugis?
A
2e ev ind prae
B
2e ev ind imperf
C
2e mv ind prae
D
2e mv ind perf
Slide 6 - Quiz
Mene fugis?
Mene = Me-ne
-ne achter het eerste woord geeft aan dat...
Slide 7 - Open question
Mene fugis?
Mene = Me-ne
Welke naamval en functie heeft me?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 8 - Quiz
Postquam in oram Africae pervenisti,
In welke vorm staat pervenisti?
A
2e ev ind prae
B
2e ev ind perf
C
2e mv ind prae
D
2e mv ind imperf
Slide 9 - Quiz
Postquam in oram Africae pervenisti,
Welke naamval en functie heeft oram?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 10 - Quiz
Postquam in oram Africae pervenisti,
Welke naamval en functie heeft Africae?
A
gen ev - bijv. bepaling
B
dat ev - meewerekend voorwerp
C
dat ev - aanvulling bij ww
D
nom mv - onderwerp
Slide 11 - Quiz
nonne te bene accepi?
In welke vorm staat accepi?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
2e ev ind prae
D
2e ev ind imperf
Slide 12 - Quiz
nonne te bene accepi?
Welke naamval en functie heeft te?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 13 - Quiz
Nonne | vos | in regiam |
invitavi
, | ubi | errores Troianorum |
narravisti
?
Nonne | venatum |
iimus
| et | in antrum |
devenimus
?
Slide 14 - Slide
Nonne vos in regiam invitavi
In welke vorm staat invitavi?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
2e ev ind prae
D
2e ev ind imperf
Slide 15 - Quiz
Nonne vos in regiam invitavis
Welke naamval en functie heeft vos?
A
nom mv - onderwerp
B
acc mv - lijdend voorwerp
C
acc ev - bijw. bepaling
D
voc mv - aangesproken persoon
Slide 16 - Quiz
Nonne vos in regiam invitavi
Welke naamval en functie heeft regiam?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 17 - Quiz
ubi errores Troianorum narravisti?
In welke vorm staat narravisti?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind imperf
C
2e ev ind prae
D
2e ev ind perf
Slide 18 - Quiz
ubi errores Troianorum narravisti?
Welke naamval en functie heeft errores?
A
nom ev - onderwerp
B
acc ev- bijw. bepaling
C
nom mv - onderwerp
D
acc mv- lijdend voorwerp
Slide 19 - Quiz
ubi errores Troianorum narravisti?
Welke naamval en functie heeft Troianorum?
A
acc ev- lijdend voorwerp
B
acc ev- bijw. bepaling
C
gen ev - bijv. bepaling
D
gen mv - bijv. bepaling
Slide 20 - Quiz
Nonne venatum iimus
In welke vorm staat iimus?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
1e mv ind prae
D
1e mv ind perf
Slide 21 - Quiz
in antrum devenimus
In welke vorm staat devenimus?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
1e mv ind prae
D
1e mv ind perf
Slide 22 - Quiz
in antrum devenimus
Welke naamval en functie heeft antrum?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 23 - Quiz
Ideo | per has lacrimas, | per amorem nostrum | te |
oro
:
ne
abeas
.
Propter te | rex Iarbas | me |
odit
.
Propter te | Sychaeum |
laesi
.
Dic
|
mihi:
cur |me| relinquere |
cupis
?’
Slide 24 - Slide
Ideo per has lacrimas, per amorem nostrum te oro
In welke vorm staat oro?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
1e mv ind prae
D
1e mv ind perf
Slide 25 - Quiz
Ideo per has lacrimas, per amorem nostrum te oro
Welke naamval en functie heeft has lacrimas?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
acc mv - lijdend voorwerp
D
acc mv - bijw. bepaling
Slide 26 - Quiz
Ideo per has lacrimas, per amorem nostrum te oro
Welke naamval en functie heeft amorem nostrum?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
acc mv - lijdend voorwerp
D
acc mv - bijw. bepaling
Slide 27 - Quiz
Ideo per has lacrimas, per amorem nostrum te oro
Welke naamval en functie heeft te?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 28 - Quiz
Propter te rex Iarbas me odit.
In welke vorm staat odit?
A
3e ev ind prae
B
3e ev ind imperf
C
3e ev ind perf
D
3e ev ind plq perf
Slide 29 - Quiz
Propter te rex Iarbas me odit.
Welke naamval en functie heeft te?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 30 - Quiz
Propter te rex Iarbas me odit.
Welke naamval en functie heeft rex Iarbas?
A
nom ev - onderwerp
B
nom ev - naamwoordelijk deel
C
nom ev - bijstelling
D
voc ev - aangesproken persoon
Slide 31 - Quiz
Propter te rex Iarbas me odit.
Welke naamval en functie heeft me?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 32 - Quiz
Propter te Sychaeum laesi.
In welke vorm staat laesi?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
1e mv ind prae
D
1e mv ind perf
Slide 33 - Quiz
Propter te Sychaeum laesi.
Welke naamval en functie heeft te?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 34 - Quiz
Propter te Sychaeum laesi.
Welke naamval en functie heeft Sychaeum?
A
nom ev - onderwerp
B
nom ev - aangesproken persoon
C
acc ev - lijdend voorwerp
D
acc ev - bijw. bepaling
Slide 35 - Quiz
Dic mihi:
In welke vorm staat dic?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind perf
C
imp ev prae
D
imp mv prae
Slide 36 - Quiz
Dic mihi:
Welke naamval en functie heeft mihi?
A
dat ev - meewerkend voorwerp
B
dat ev - aanvulling ww
C
gen ev - bijv. bepaling
D
abl ev - bijw. bepaling
Slide 37 - Quiz
cur me relinquere cupis?
In welke vorm staat cupis?
A
1e ev ind prae
B
1e ev ind imperf
C
2e ev ind prae
D
2e ev ind perf
Slide 38 - Quiz
cur me relinquere cupis?
Welke naamval en functie heeft me?
A
acc ev - lijdend voorwerp
B
acc ev - bijw. bepaling
C
abl ev - bijw. bepaling
D
abl ev - aanvulling bij ww
Slide 39 - Quiz
More lessons like this
Disco les 10 vertaling B
April 2021
- Lesson with
35 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 10B
November 2020
- Lesson with
12 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
11A r. 7-11
December 2021
- Lesson with
25 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Liveles 28/01 - Latijn 3.3 en 3.6
January 2021
- Lesson with
18 slides
Latijn
Secundair onderwijs
11A bespreking
January 2023
- Lesson with
33 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
woorden enz disco 18 tekst deel 1
April 2024
- Lesson with
29 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 13A_online
January 2021
- Lesson with
47 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
vmbo lwoo, vwo
Leerjaar 2
Leestekst 3.5 De Ulixe et Polyphemo (Vanaf r. 12-13)
January 2023
- Lesson with
18 slides
Latijn
Secundair onderwijs