5.4 gedrag leren\

Hfst 5.4 Gedrag leren.
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hfst 5.4 Gedrag leren.

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
Vorige les kort herhalen
Lesdoelen deze les bespreken
Verschillende manieren van leren
Veel filmpjes om voorbeelden te laten zien
Aan de slag
Oefenen toetsvraag

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Lesdoelen
  1. Na vandaag kan je benoemen wat het verschil is tussen aangeboren en aangeleerd gedrag
  2. Na vandaag kan je de verschillende manieren van leren uitleggen en herkennen

Slide 8 - Slide

Welk gedrag hoef je niet te leren?
Reflexen: zuigreflex, slikreflex, grijpreflex bij baby's

Erfelijk gedrag: spergedrag bij vogels, bijen die naar bloemen gaan om nectar te zoeken

Slide 9 - Slide

6 manieren van leren
  1. Inprenten
  2. Gewennen
  3. Trial and error (proefondervindelijk leren)
  4. Imiteren
  5. Inzichtelijk leren (inzicht)
  6. Conditioneren

Slide 10 - Slide

1. Inprenten
Een leerproces dat plaatsvindt gedurende een gevoelige periode, meestal de eerste levensfase

Hier leren jonge dieren bijvoorbeeld hun soortgenoten herkennen

Belangrijk voor band met de ouders

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

2. Gewennen
Niet meer reageren op prikkels wanneer deze geen zinvolle informatie meer bevatten

  • Paarden die moeten leren om niet meer te reageren op knallen
  • Vogels die niet meer schrikken van vogelverschrikkers

Slide 14 - Slide

3. Trial and error
Leren door uit te proberen (= trial) (en te falen = error)

Proefondervindelijk leren

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Het schaap denkt dat hij een hond is. Door welke vorm van leren komt dat?
A
Aangeboren gedrag
B
Inprenten
C
Gewennen
D
Trial and error

Slide 17 - Quiz

4. Imiteren
Leren door het gedrag na te doen.

Wat heb jij geleerd door imiteren?

Slide 18 - Slide

Imitatie

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

5. Inzicht

In een onbekende situatie wordt de oplossing van een probleem gevonden door verschillende vroeger opgedane ervaringen te combineren.

Slide 21 - Slide

6. Conditioneren
Een verband leggen tussen tussen het gedrag en het gevolg daarvan

Bijvoorbeeld dat je gaat staan en het lokaal verlaat als de bel gaat.

Slide 22 - Slide

6. Conditioneren
Dieren kan je trainen door beloning en straf.

Als de dolfijn een kunstje doet, krijgt hij een vis

Als een hond gaat zitten, krijgt hij een koekje

Als het dier het kunstje niet doet, krijgt het geen beloning, dat is eigenlijk een straf

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Oefenen
Herhalen van gedrag om zo steeds beter te worden.

De nieuwe verbindingen tussen hersencellen worden zo steeds sterker.

Bijvoorbeeld woordjes leren

Slide 26 - Slide

Aan de slag tot 12.05
Maken in werkboek B:
5.4 (Gedrag leren):
Opdracht 4, 6, 11, 12

Deze opdrachten zijn ook het huiswerk
Klaar met deze opdrachten? Lees dan voor jezelf 5.4 vanaf bladzijde 152

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Mannetjes honden plassen veel meer dan vrouwtjes honden. Bij welk type gedrag hoort dit?
A
Imponeergedrag
B
territoriumgedrag
C
Baltsgedrag
D
Overspronggedrag

Slide 29 - Quiz

Gedrag

Rekening houden met elkaars gedrag heet ook wel
A
a-sociaal gedrag
B
territorium gedrag
C
sociaal gedrag
D
bewust gedrag

Slide 30 - Quiz


A
aangeboren gedrag
B
aangeleerd gedrag

Slide 31 - Quiz

Imiteren leer je door:
A
Gedrag na te doen
B
Gedrag te herhalen
C
Nieuw gedrag te bedenken

Slide 32 - Quiz

Gedrag dat wordt veroorzaakt door een prikkel heet een
A
aangeboren gedrag
B
respons
C
aangeleerd gedrag
D
prikkel

Slide 33 - Quiz

Het gedrag van een hond die een pootje geeft:
A
Natuurlijk gedrag
B
Aangeleerd gedrag

Slide 34 - Quiz

Bekijk de chimpansees op de afbeelding hiernaast.

Van welk gedrag is hier sprake?

A
agressief gedrag
B
paringsgedrag
C
sociaal gedrag
D
vluchtgedrag

Slide 35 - Quiz

Bekijk de ratten op de afbeelding hiernaast.

Van welk gedrag is hier sprake?

A
agressief gedrag
B
paringsgedrag
C
sociaal gedrag
D
vluchtgedrag

Slide 36 - Quiz


Wat is ethologie?

A
Het bestuderen van gedrag
B
Het beïnvloeden van gedrag
C
Het gedrag van dieren veranderen
D
Het gedrag van mensen veranderen

Slide 37 - Quiz