This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
FICTIE
Slide 1 - Slide
Leerdoelen:
- Aan het einde van deze les weet je wat een chronologisch verhaal is
- Aan het einde van deze les weet je wat een niet-chronologisch verhaal is
- Aan het einde van deze les weet je wat we bedoelen met 'voorgeschiedenis' van een verhaal.
Slide 2 - Slide
Vorige les: welke twee perspectieven heb je geleerd?
Slide 3 - Open question
TIJD
Historische tijd: de tijd waarin het verhaal zich afspeelt
VB:
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, in het 'nu', in de middeleeuwen, ...
Slide 4 - Slide
TIJD: chronologie
Een verhaal begint altijd bij het begin en eindigt bij het einde.
Maar een verhaal hoeft niet altijd zo VERTELD te worden.
Chronologisch verteld verhaal = verteld in 'logische' volgorde: een verhaal wordt verteld doordat het vertellen begint bij het begin en eindigt bij het einde.
Niet-chronologisch verteld verhaal = verteld in een niet-logische volgorde: in een andere volgorde dan waarin het gebeurd is.
VB: eerst het einde verteld, dan het begin. / Vertellen begint midden in het verhaal.
Slide 5 - Slide
TIJD: chronologie
Niet-chronologisch verteld verhaal = verteld in een niet-logische volgorde: in een andere volgorde dan waarin het gebeurd is.
VB: eerst het einde verteld, dan het begin. / Vertellen begint midden in het verhaal.
Als het verhaal NIET begint bij het begin, dan is alles wat er gebeurd is daarvóór, de voorgeschiedenis.
VB: als eerst het einde wordt verteld, dan is alles wat je daarna leest, de voorgeschiedenis.
Slide 6 - Slide
Is het verhaal op het bord een chronologisch, of niet-chronologisch verteld verhaal?
A
chronologisch
B
niet-chronologisch
Slide 7 - Quiz
Wat zou de volgorde van het VERHAAL van het verhaal op het bord moeten zijn?
A
1234
B
3241
C
4321
D
2134
Slide 8 - Quiz
Jullie boeken!
Is jouw leesboek chronologisch, of niet-chronologisch verteld?
Waarom denk je dat?
Slide 9 - Slide
Is jouw boek chronologisch, of niet-chronologisch verteld? Waarom?