Begrijpend lezen blok 2 les 1

Begrijpend lezen blok 2 les 1
Leesboek bladzijde 16 & 17
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Begrijpend lezen blok 2 les 1
Leesboek bladzijde 16 & 17

Slide 1 - Slide

Doel van de les:
We gaan leren wat let-op! woorden zijn.

Slide 2 - Slide

Let-op! woorden?

Slide 3 - Slide

Raadsel
Het is zo hard als steen.
En ook zo glad als glas.
Je glijdt eroverheen.
En eens was het een plas.

Slide 4 - Slide

IJs is zo hard als steen.
IJs is zo glad als glas.
Je glijdt eroverheen.
En eens was het een plas.

IJs wordt vergeleken met steen en glas
 (let-op! woord van vergelijkeling). 

Slide 5 - Slide

IJs is zo hard als steen.
Welk let-op! woord geeft de vergelijking aan?

Slide 6 - Open question

Raadsel
Hij is gebogen als een brug.
Hij is zo ver als de horizon.
Hij is gekleurd als een verfdoos.
Hij is zo feestelijk als een slinger.
Je ziet hem alleen in de regen in de zon.

Slide 7 - Slide

Hij is gebogen ... een brug.
Welk woord geeft de vergelijking aan?

Slide 8 - Open question

Ik vind rood een mooie kleur, want het is mijn lievelingskleur.
Welk let-op! woord geeft een oorzaak en gevolg aan?
A
mooie
B
want
C
mijn
D
lievelingskleur

Slide 9 - Quiz

Het ging toen regenen.
Welk let-op! woord geeft een tijd aan?
A
Het
B
ging
C
toen
D
regenen

Slide 10 - Quiz

Lees nu de tekst
Zie bladzijde 16 & 17 van je tekstboek.

Slide 11 - Slide

De modder van de modderman smeert heel lekker. Er zitten geen harde stukjes in. Waar wordt het smeren van de modder mee vergeleken?

De modder smeert zo lekker .....

Slide 12 - Open question

Waarom zou ik modder achter mijn oren smeren?
Daar heb ik toch zeker geen pijn!

Daar is een let-op! woord dat vertelt waar iets gebeurt. Waar is daar?

Slide 13 - Open question

Wat is het let-op! woord in de volgende zin?
Je nagels zijn zo zwart als roet.

Slide 14 - Open question

Let-op! woorden ...
A
Ik snap het.
B
Ik snap het een beetje.
C
Ik vind het nog lastig.
D
Ik heb geen idee.

Slide 15 - Quiz