NLT waarheid als een koe: voorkomen van ziekten

afweer
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NLTMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

afweer

Slide 1 - Slide

indeling afweersysteem

Slide 2 - Slide

barrière verdediging aspecifieke afweer
  • mechanische barrière: 
- huid en slijmvliezen
- braken- en diarree
  • chemische barrière:
- maagsap
  • microbiële barrière 
- goede bacteriën

Slide 3 - Slide

interne verdediging aspecifieke afweer
als de barrière doorbroken wordt:
verschillende typen witte bloedcellen, o.a.
- macrofagen
- fagocyten

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

specifieke afweer
  • Iedere cel bezit een MHC I receptor waaraan herkend wordt dat het een lichaamseigen cel is.
  • Bij een ziekteverwekker ziet de MHC I receptor er anders uit = foute boel.
  • Macrofagen presenteren een stukje eiwit van de ziekteverwekker aan het specifieke afweersysteem 
  • Antigeenpresenterende cellen (de macrofaag) bezitten een MHC II receptor waarmee ze antigeen (stukje eiwit) presenteren

Slide 6 - Slide

antigeenpresentatie

Slide 7 - Slide

aanval van cytotoxische T-cel = cellulaire afweer

Slide 8 - Slide

Vorming van antistoffen = humorale afweer

Slide 9 - Slide

Mensen maken ook gebruik van mechanische en chemische afweer. Wat is een voorbeeld van chemische afweer?
A
huid
B
vloeistofstroom in urinewegen
C
maagzuur
D
slijmlaag in vagina

Slide 10 - Quiz

Specifieke afweer is afweer ....
A
.. door de huid
B
... door fagocytose
C
.. door koorts
D
... door antistoffen

Slide 11 - Quiz

Welke vorm van afweer bouw je pas na de geboorte (=verworven afweer) op
A
specifieke afweer
B
aspecifieke afweer
C
mechanische afweer
D
chemische afweer

Slide 12 - Quiz

Deze vraag gaat over specifieke afweer. Welke cellen zijn betrokken bij cellulaire afweer?
A
B-cellen en plasmacellen
B
macrofagen en T-cellen
C
macrofagen, plasmacellen en T-cellen
D
B-cellen, macrofagen, plasmacellen en T-cellen

Slide 13 - Quiz

De specifieke afweer heeft twee typen: cellulaire en humorale afweer.
Bij welke worden T-geheugencellen gemaakt?
A
cellulaire afweer
B
humorale afweer

Slide 14 - Quiz

Sleep de voorbeelden naar de juiste categorie.
chemische afweer
mechanische afweer
Maagzuur doodt ziekteverwekkers door de lage pH
In traanvocht zitten bacteriedodende stoffen
De cellen van een slijmvlies zitten heel dicht tegen elkaar aan
op de huid zijn veel goede bacteriën die ziektekiemen wegconcurreren
op slijm blijven microorganismen plakken die worden weggevoerd
planten trekken predatoren aan met lokstofjes

Slide 15 - Drag question

MHC-I
MHC-II
In lichaamscellen
Niet-specifieke afweer
Natural killercel
In fagocyten
Specifieke afweer
T-helpercellen
APC

Slide 16 - Drag question