Leesvaardigheid: Gap questions & open questions + difficult words

Welcome!
Friday the 19th of January
- Gap questions
- Open questions


1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welcome!
Friday the 19th of January
- Gap questions
- Open questions


Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Open questions
Bij open vragen: lees goed in welke taal je moet antwoorden. Bij een citaat schrijf je in het Engels, bij een eigen geformuleerd antwoord in het Nederlands, tenzij anders vermeld.​


Als je in één zin moet antwoorden, en je schrijft twee zinnen op, telt alleen de eerste zin bij de correctie. Kom je er niet uit met één zin, werk dan met komma’s en niet met punten, zodat je toch één zin hebt. ​
Schrijf dus niet meer op dan gevraagd wordt! ​


Slide 4 - Slide

Open questions

Slide 5 - Slide

Difficult words
Raad de betekenis door de zin te vertalen:
Our football team’s goal keeper does eccentric things; he never wears socks and he always kicks the ball exactly thirteen times as a warm-up.
A. normale
B. rare
C. rommelige

Slide 6 - Slide

Difficult words
Raad de betekenis door de zin te vertalen.
After the rain, the river was murky; in fact, the water was so dirty you couldn't see the bottom.
A. troebel
B. bodemloos
C. helder

Slide 7 - Slide

Difficult words
Raad de betekenis door de zin te vertalen.
The debris on the stadium floor included old tickets, empty Coca-Cola cans and cigarettes.
A. producten
B. papier
C. afval


Slide 8 - Slide

Difficult words
Raad de betekenis van het woord door de zin te vertalen.
The coach always censures his players, but he never tells them how good they are.
A. waarderen
B. kritiek geven
C. kiezen

Slide 9 - Slide

Difficult words
Raad de betekenis van het woord door de zin te vertalen.
The man and his wife agreed to be very frugal in their shopping because they wanted to save enough money to buy a house.
A. zuinig
B. verspillend
C. geïnteresseerd

Slide 10 - Slide

Dictionary practice!
  • Epitome
  • Anathema
  • Abstruse
  • Plethora
timer
0:20

Slide 11 - Slide

After the test week
Tuesday the 30th of January
Read The boy ... chapter 7, 8 & 9. 

Thursday the 1st of February
Study vocabulary 3.1 EN-NL & NL - EN.
Complete the execises we did in class: 2, 3 & 4 (in book)

Friday the 2nd of February
Complete the exercise we did in class: 5 & 6 (online) 7 (in book).

Slide 12 - Slide