Procenten mavo 2

Rekenen bij Economie
Procenten
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Rekenen bij Economie
Procenten

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Rekenen met procenten
Procenten uitrekenen

Slide 2 - Slide

Met procenten rekenen
- Hoeveel is 100% ?
- Terug rekenen naar 1%
- Keer het aantal procent

Slide 3 - Slide

Formule:
   Getal
                               ---------------- x percentage
  100

Slide 4 - Slide

Voorbeeld:
Jorn heeft €30 zakgeld per maand, 35% hiervan geeft hij uit aan eten bij de Jumbo.

Hoeveel euro geeft hij uit bij de Jumbo aan eten?

Slide 5 - Slide

Voorbeeld:
Jorn heeft €30 zakgeld per maand, 35% hiervan geeft hij uit aan eten bij de Jumbo.

Wat is 100%? --> €30

We willen weten wat 35% is van €30.

Slide 6 - Slide



Invullen in de formule:

€30
-----  x 35% = €10,50
100%


Verhoudingstabel:

€30      |     €0,30    |     €10,50
------------------------------
100%   |     1%          |     35%

Slide 7 - Slide

Voorbeeld:
Selma koopt een broek van € 70, maar ze krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 

Slide 8 - Slide

Voorbeeld:
Kevin koopt een broek van € 70, maar hij krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 

1. Hoeveel is 100%?
2. Hoeveel is 1%?
3. Hoeveel is 25%?
4. Hoeveel moet hij betalen?

Slide 9 - Slide

Aan de slag!
Oefenen rekenen met procenten

Slide 10 - Slide

Kevin koopt een broek van € 70, maar hij krijgt 25% korting. Hoeveel moet hij betalen? 
  1.  Hoeveel is 100%?  -> €70
  2.  Hoeveel is 1%? -> €0,70
  3.  Hoeveel is 25%? -> €17,50
  4.  Hoeveel moet hij betalen? -> €70 - €17,50 = €52,50

Slide 11 - Slide

Stappen percentage uitrekenen
  1. Schrijf op wat je weet
  2. Schrijf op wat je wilt weten
  3. Schrijf op hoe je dit gaat berekenen
  4. Reken uit

Slide 12 - Slide

Percentage uitrekenen
Formule:
Deel
------- x 100 =
Geheel

Slide 13 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.

Hoeveel procent van de leerlingen zijn meisjes?

Slide 14 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.


Hoeveel procent van de leerlingen zijn een meisje?

  1. Schrijf op wat je weet
  2. Schrijf op wat je wilt weten
  3. Schrijf op hoe je dit gaat berekenen
  4. Reken uit

Slide 15 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.


Hoeveel procent van de leerlingen zijn een meisje?

1. Schrijf op wat je weet 
Totaal aantal leerlingen: 1550
Het gedeelte meisjes: 837



Slide 16 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.


Hoeveel procent van de leerlingen zijn een meisje?

2. Schrijf op wat je wilt weten
Hoeveel procent is 837 van 1550?

Slide 17 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.
Hoeveel procent van de leerlingen zijn een meisje?

3. Schrijf op hoe je dit gaat berekenen

Deel 
-------     x 100 = 
Geheel

Slide 18 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.


Hoeveel procent van de leerlingen zijn meisjes?

4. Reken uit
Deel                                                    837
-----      x 100 =                                ----     x100 =
Geheel                                              1550

Slide 19 - Slide

Voorbeeld:
Op een school zitten 1550 leerlingen. Van deze leerlingen zijn er 837 meisjes.


Hoeveel procent van de leerlingen zijn meisjes?

4. Reken uit
Deel                                                    837
-----      x 100 =                                ----     x100 = 54%
Geheel                                              1550

Slide 20 - Slide

Oefenen!
Klaar met rekenen? Maak de oefentoets.
Oefentoets al gemaakt? 
Oefen de paragrafen die minder goed gingen.

Slide 21 - Slide