What is an economy?

What is an economy?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomiePraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

What is an economy?

Slide 1 - Slide

Wat is een economie?
Economie is een wetenschap 
die zich bezighoudt met de keuzes 
en het gedrag van mensen, bedrijven en
overheden, bij het consumeren en produceren.

Slide 2 - Slide

Wat was wat ook alweer...

- Producent: iemand die iets maakt (dus produceert).

- Consument: iemand die iets gebruikt (dus consumeert).

Slide 3 - Slide

Engelse begrippen uitleg
FREE MARKET ECONOMY --> De vrije-markt-economie, waarbij de overheid geen rol speelt; alleen de consument en producent
COMMAND BASED ECONOMY --> De overheid bepaalt over iedereen hoeveel er verkocht en geproduceerd wordt. 
Er is dus geen concurrentie tussen bedrijven.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vraag is een behoefte vanuit de samenleving.
Wij willen eten, wij willen kleding, wij willen een paraplu tegen de regen, wij willen een tas om onze troep in kwijt te kunnen.






We hebben dus vraag naar eten, kleding, een paraplu en tassen.
Aanbod is wat er aangeboden wordt door producenten.

Allemaal spullen worden gemaakt (geproduceerd), zodat wij dit weer kunnen kopen. 

Maar ook diensten; zoals een taxi ritje, of het repareren van een fiets.

Slide 6 - Slide

9

Slide 7 - Video

00:23
Om welke twee dingen draait
de economie?
A
Banken en normale burgers
B
Geld en zaken doen
C
Producenten en consumenten
D
Economen en bankiers

Slide 8 - Quiz

00:32
Welk werelddeel heeft al jaren de grootste economie ter wereld?
A
Afrika
B
De Verenigde Staten.
C
Azië
D
Europa

Slide 9 - Quiz

01:09
Aan wie wordt de limonade
dan verkocht?
A
Producenten.
B
Dorstige mensen.
C
Toeristen.
D
Consumenten.

Slide 10 - Quiz

01:17
Waar kun je je geld allemaal aan uitgeven? Wat kopen jullie
zelf bijvoorbeeld?

Slide 11 - Open question

01:34
Welke oorzaken kunnen een economie verzwakken - en dus
kleiner maken?
A
Een teveel aan winkels.
B
Een tekort aan zonlicht.
C
Een natuurramp.
D
Een oorlog.

Slide 12 - Quiz

02:38
Wat betekent
supply and demand?

A
Vraag en aanbod
B
Denken en doen
C
Leveren en eisen
D
Lopen en staan

Slide 13 - Quiz

03:15
Het aantal klanten wordt minder.
Wat kun je doen om weer meer klanten te krijgen?
A
Meer citroenen kopen.
B
De prijs verhogen.
C
Je product verbeteren.
D
De prijs verlagen.

Slide 14 - Quiz

04:18
Wat had Vietnam vroeger voor economie? (vóór 1980)
A
Command based (overheid).
B
Een groeiende economie.
C
Free market (vrije markt).
D
Een stilstaande economie.

Slide 15 - Quiz

05:00
Op welke drie manieren kun jij zelf ondernemer worden?
A
Door je even lekker te vervelen, uit je neus te peuteren - en achter een computerspel te kruipen.
B
Door te winkelen, door goed om je heen te kijken en door vaak de fiets te pakken.
C
Door productief te zijn, enterpreneur te zijn en goed te observeren.
D
Door een eitje te bakken, deze eitjes te verkopen en de laatste eitjes zelf te eten.

Slide 16 - Quiz