Les 8 - parler - écouter (formatif) - grammaire II lidwoorden

On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre (A)
un ordinateur
pas de portable!
1 / 26
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre (A)
un ordinateur
pas de portable!

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui, on va:
  • parler --> 
  • écouter --> formatif
  • (pratiquer la prononciation)
  • faire de la grammaire...
Even oefenen tussendoor:
Comment il / elle s'appelle?
Il / Elle est de quelle nationalité? français(e)? - sénégalais(e)?
- néerlandais(e)? 
Il / Elle est en quelle classe? 
- en cinquième? - en sixième? 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Aujourd'hui, on va:
  • parler --> 
  • écouter --> formatif
  • (pratiquer la prononciation)
  • faire de la grammaire...
Even oefenen tussendoor:
Comment il / elle s'appelle?
Il / Elle est de quelle nationalité? français(e)? - sénégalais(e)?
- néerlandais(e)? 
Il / Elle est en quelle classe? 
- en cinquième? - en sixième? 

Slide 4 - Slide

Aujourd'hui, on va:
  • parler --> 
  • écouter --> formatif
  • (pratiquer la prononciation)
  • faire de la grammaire...
Even oefenen tussendoor:
Comment il / elle s'appelle?
Il / Elle est de quelle nationalité? français(e)? - sénégalais(e)?
- néerlandais(e)? 
Il / Elle est en quelle classe? 
- en cinquième? - en sixième? 

Slide 5 - Slide

Instruction
Quoi: Zoek op p. 36-37 van je boek zoveel mogelijk woorden met ai of au en spreek ze uit
Comment: On travaille ensemble: één van jullie schrijft de woorden op in twee kolommen (voor elke klank één - een woord met twee klanken gaat dus in twee kolommen!)
Le but: Woorden herkennen met de klanken "èh"  (als ai) en "oo"  (als au) en dus weten hoe ze uit te spreken
Combien de temps: 3 minutes
Quand tu as fini: Wacht maar gewoon even, oefen met de woorden uitspreken

Slide 6 - Slide

Instruction
Quoi: Zoek op p. 38-39 van je boek zoveel mogelijk woorden met ai of au en spreek ze uit
Comment: On travaille ensemble: één van jullie schrijft de woorden op in twee kolommen (voor elke klank één - een woord met twee klanken gaat dus in twee kolommen!)
Le but: Woorden herkennen met de klanken "èh"  (als ai) en "oo"  (als au) en dus weten hoe ze uit te spreken
Combien de temps: 3 minutes
Quand tu as fini: Wacht maar gewoon even, oefen met de woorden uitspreken

Slide 7 - Slide

Est-ce qu'on va...
...écouter la prof? 
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?

Slide 8 - Slide

Est-ce qu'on va...
travailler ensemble!

Slide 9 - Slide

Instruction
Quoi: Zoek op p. 36-37 van je boek zoveel mogelijk woorden met ai of au en spreek ze uit
Comment: On travaille ensemble: één van jullie schrijft de woorden op in twee kolommen (voor elke klank één - een woord met twee klanken gaat dus in twee kolommen!)
Le but: Woorden herkennen met de klanken "èh"  (als ai) en "oo"  (als au) en dus weten hoe ze uit te spreken
Combien de temps: 3 minutes
Quand tu as fini: Wacht maar gewoon even, oefen met de woorden uitspreken

Slide 10 - Slide

Instruction
Quoi: Zoek op p. 38-39 van je boek zoveel mogelijk woorden met ai of au en spreek ze uit
Comment: On travaille ensemble: één van jullie schrijft de woorden op in twee kolommen (voor elke klank één - een woord met twee klanken gaat dus in twee kolommen!)
Le but: Woorden herkennen met de klanken "èh"  (als ai) en "oo"  (als au) en dus weten hoe ze uit te spreken
Combien de temps: 3 minutes
Quand tu as fini: Wacht maar gewoon even, oefen met de woorden uitspreken

Slide 11 - Slide

Aujourd'hui, on va:
  • parler --> 
  • écouter --> formatif
  • (pratiquer la prononciation)
  • faire de la grammaire...
Even oefenen tussendoor:
Comment il / elle s'appelle?
Il / Elle est de quelle nationalité? français(e)? - sénégalais(e)?
- néerlandais(e)? 
Il / Elle est en quelle classe? 
- en cinquième? - en sixième? 

Slide 12 - Slide

Lidwoorden
Eerst eens kijken, hoe goed jullie dit zonder enige uitleg al kunnen! 

Important: wees stil bij het beantwoorden van de vragen! Help elkaar niet! 
Gok iets als je het niet weet. Ik wil testen wie het zelf al weet en wie nog uitleg nodig heeft. 

Slide 13 - Slide

..... amis de Clémence
de vrienden van Clémence
A
la
B
le
C
des
D
les

Slide 14 - Quiz

C'est ..... livre.
Het is een boek.
A
le
B
un
C
la
D
une

Slide 15 - Quiz

Il y a ..... maisons dans la rue.
Er staan .... huizen in de straat.
A
les
B
des
C
la
D
une

Slide 16 - Quiz

Tu es à ....hôtel?
Ben jij in het hotel?
A
le
B
l'
C
la
D
une

Slide 17 - Quiz

C'est ... fils de monsieur Dupont.
Dat is de zoon van meneer Dupont.
A
un
B
l'
C
le
D
la

Slide 18 - Quiz

On est dans .... même classe!
We zitten in dezelfde klas!
A
le
B
l'
C
la
D
une

Slide 19 - Quiz

C'est ...oncle de Théo.
Dat is de oom van Theo.
A
l'
B
le
C
la
D
les

Slide 20 - Quiz

C'est .... fille ou .... garçon?
Is het een meisje of een jongen?
A
un, une
B
le, la
C
la, le
D
une, un

Slide 21 - Quiz

... livre est sur la table.
Het boek ligt op de tafel.
A
un
B
une
C
la
D
le

Slide 22 - Quiz

C'est .... maison où j'habite.
Het is het huis waar ik woon.
A
un
B
une
C
la
D
le

Slide 23 - Quiz

Lidwoorden
Ik sluit de LessonUp even af en ik ga even kijken hoe jullie het hebben gedaan. 

Ik schrijf duo's op het bord, zodat leerlingen die het toevallig al kunnen zitten bij leerlingen voor wie dit nog nieuw is.

Ga alvast naar je nieuwe plek als die op het bord staat!



Slide 24 - Slide

Instruction
Quoi: Ex. 16B, C, D
Comment: En duos: help elkaar, als het goed is heeft iedereen een vraagbaak. Lees de opdracht!!! 
Le but: Weten dat je in het Frans altijd een lidwoord nodig hebt en ook weten welke! 
Combien de temps: .....
Quand tu as fini: Alvast de woordjes van app. 6 leren

Slide 25 - Slide

Merci et à la prochaine! 
Et n'oubliez pas: 
Quels sont les devoirs?
Qui sait?


Slide 26 - Slide