M1 de ontkenning unité 3

M1C
Sayomii
Alysia
Alexis
Wesely
Jelte
Annique
Jillian
Sasha
Yeva
Lisa
Fenna
Mayla
Jasmijn
Mees
Ronan
Alexandro
Bego
Aram
Lotte
Isabella
Milan
Boaz
Logan
Ryan
Docent
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

M1C
Sayomii
Alysia
Alexis
Wesely
Jelte
Annique
Jillian
Sasha
Yeva
Lisa
Fenna
Mayla
Jasmijn
Mees
Ronan
Alexandro
Bego
Aram
Lotte
Isabella
Milan
Boaz
Logan
Ryan
Docent

Slide 1 - Slide

M1D
Armita
Juna
Suze
Naomi
Ralph
Lucas
Duko
Misha
Quinn
Jervee
Isaura
Megan
Thijmen
Sven
Ky-Shawn
Anna
Valentina
Julien
Samantha
Justin
Dennis
Sem
Docent

Slide 2 - Slide

M1B
Sara
Fem
Joan
Sterre
Aysha
Jiya
Eldin
Thomas
Thijn
Tim
Alek
Thomas R
Ryan
Siem
Reniem
Izzy
Djaya
Thijs
Wesely
Ghislaine
Angelina
Kay
Ivar
Damien
Diaz
Docent

Slide 3 - Slide

M1E
Yusef
Luuk
Lynn
Marijn
Joas
Sietske
Jaydey
Jayda
Yunaid
Jaiden
Amelie
Benjamin
Megan
Mauro
Chesley
Pedro
Keyano
Ravyar
Sonya
Kayleigh
Lotte
Ben
Amena
Ravi
Zara
Karim
Nada
Thymo
Docent

Slide 4 - Slide

Unité 3  3.5 Grammaire II

Slide 5 - Slide

BIENVENUE 
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 6 - Slide

unité 3 apprendre 5
de ontkenning

Wie kan een voorbeeld geven van een ontkennende zin in het Nederlands? 

Slide 7 - Slide

3.5 Grammaire II
Je ne danse pas.                                   Ik dans niet.
Je ne parle pas français.                   Ik spreek geen Frans.

  • De Franse ontkenning bestaat uit 2 woorden: ne ... pas
  • Je vertaalt ne ... pas met niet of geen
  • De persoonsvorm staat tussen ne ... pas  (de persoonsvorm is het eerste werkwoord in de zin)

Slide 8 - Slide

3.5 Grammaire II
Je ne danse pas.                                   Ik dans niet.
Je ne parle pas français.                   Ik spreek geen Frans.

Je kunt denken aan een bril: 

Slide 9 - Slide

3.5 Grammaire II
Elle n’est pas française.                           Zij is geen Française. 
Elle n’habite pas à Paris.                         Zij woont niet in Parijs.

Wat gebeurt er hier met ne ... pas? En weet je ook waarom?

Wanneer de persoonsvorm begint met een klinker of een stomme ‘h’ verandert ne in n’
(ne ... pas --> n' ... pas)

Slide 10 - Slide

Au travail!
We gaan oefenen.

Lees de vragen goed.

Bonne chance! 

Slide 11 - Slide

Kies de persoonsvorm in de zin.
Je ne mange pas à la cantine.
A
mange
B
cantine

Slide 12 - Quiz

Kies de persoonsvorm in de zin.
Tu n'aimes pas le français?
A
aimes
B
pas

Slide 13 - Quiz

Kies de juiste vorm van de ontkenning.
Je ... habite ... à Paris.
A
ne ..pas
B
n' ... pas

Slide 14 - Quiz

Kies de juiste vorm van de ontkenning.
Elle ... regarde ... une série à la télé.
A
ne ..pas
B
n' ... pas

Slide 15 - Quiz

Kies de juiste vorm van de ontkenning.
Léa ... aime ... la musique.
A
ne ..pas
B
n' ... pas

Slide 16 - Quiz

Kies de juiste vorm van de ontkenning.
Il ... joue... au foot.
A
ne ..pas
B
n' ... pas

Slide 17 - Quiz

Au travail!
Het wordt nu iets moeilijker.
Je gaat nu zinnen zelf ontkennend maken. 

Je danse avec ma mère. --> Je ne danse pas avec ma mère.

Slide 18 - Slide

Maak de volgende zin ontkennend:
Je suis au collège.

Slide 19 - Open question

Maak de volgende zin ontkennend:
Ils aiment l'anglais.

Slide 20 - Open question

Maak de volgende zin ontkennend:
Tu es gentil.

Slide 21 - Open question

Maak de volgende zin ontkennend:
Vous regardez le film.

Slide 22 - Open question

Des questions?

Slide 23 - Slide