‹Return to search

Spelling van de tussenletters

1 / 96
next
Slide 1: Slide
nederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 96 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat is juist?
A
bestuurvergadering
B
bestuursvergadering

Slide 3 - Quiz

Wat is juist?
A
stationstraat
B
stationsstraat

Slide 4 - Quiz

Wat is juist?
A
varkensstal
B
varkenstal

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wat is juist?
A
meterlang
B
meterslang

Slide 17 - Quiz

Wat is juist?
A
stadsplan
B
stadplan

Slide 18 - Quiz

Wat is juist?
A
geluidshinder
B
geluidhinder

Slide 19 - Quiz

Wat is juist?
A
handelszaak
B
handelzaak

Slide 20 - Quiz

Wat is juist?
A
toevluchtoord
B
toevluchtsoord

Slide 21 - Quiz

Wat is juist?
A
invloedssfeer
B
invloedsfeer

Slide 22 - Quiz

Wat is juist?
A
landinggestel
B
landingsgestel

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Wat is juist?
A
kattenkwaad
B
kattekwaad

Slide 25 - Quiz

Wat is juist?
A
berenhol
B
berehol

Slide 26 - Quiz

Wat is juist?
A
apentrots
B
apetrots

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Slide

Slide 56 - Slide

Wat is juist
A
boekenbon
B
boekebon

Slide 57 - Quiz

Wat is juist
A
schattenbout
B
schattebout

Slide 58 - Quiz

Wat is juist?
A
eikeboom
B
eikenboom

Slide 59 - Quiz

Wat is juist
A
zonnestralen
B
zonnenstralen

Slide 60 - Quiz

Wat is juist
A
eendenei
B
eendeëi

Slide 61 - Quiz

Wat is juist
A
rodekool
B
rodenkool

Slide 62 - Quiz

Slide 63 - Slide

Slide 64 - Slide

Slide 65 - Slide

Slide 66 - Slide

Slide 67 - Slide

Slide 68 - Slide

Slide 69 - Slide

Slide 70 - Slide

Slide 71 - Slide

Slide 72 - Slide

Slide 73 - Slide

Slide 74 - Slide

Slide 75 - Slide

Slide 76 - Slide

Slide 77 - Slide

Slide 78 - Slide

Slide 79 - Slide

Slide 80 - Slide

Slide 81 - Slide

Slide 82 - Slide

Slide 83 - Slide

Slide 84 - Slide

Slide 85 - Slide

Slide 86 - Slide

Slide 87 - Slide

Slide 88 - Slide

Slide 89 - Slide

Slide 90 - Slide

Slide 91 - Slide

Slide 92 - Slide

Slide 93 - Slide

Slide 94 - Slide

Slide 95 - Slide

Slide 96 - Slide

More lessons like this

SCC M10 L3 Woordvorming en spelling: woordtekens

- Lesson with 28 slides
NederlandsSecundair onderwijs

Spelling T2L5: Ik, jij of wij

- Lesson with 14 slides
NederlandsLager onderwijs

Spelling: de tussenletters

- Lesson with 16 slides
NederlandsSecundair onderwijs

Zelftoets T5T6_1OK

- Lesson with 38 slides
NederlandsSecundair onderwijs

Tussenletters bij samenstellingen

- Lesson with 30 slides
NederlandsSecundair onderwijs

MSTV - les 4 - Elien

- Lesson with 41 slides
MSTVHoger onderwijs

Groep 7 2.3

- Lesson with 30 slides
NederlandsPrimary EducationAge 9

Tussenstop 2

- Lesson with 40 slides
NederlandsSecundair onderwijs