What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
familia
¡Hola!
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
¡Hola!
Slide 1 - Slide
Las reglas de la clase
Bij binnenkomst spullen op tafel: Boeken, pen, laptop en schrift.
Geen mobieltjes in de klas.
Als ik praat, zijn jullie stil.
Steek je hand op als je iets wilt zeggen
Niet aan elkaar of elkaars spullen zitten.
Klasregels
timer
1:00
Slide 2 - Slide
Wat gaan we
vandaag doen?
Inleiding H4: ¡Vamos al instituto!
Bron A
VOCABULARIO
Slide 3 - Slide
tante
vader
oom
zus
neef
opa
zoon
moeder
abuelo
hijo
tía
primo
padre
hermana
tío
madre
Slide 4 - Drag question
De
blonde
jongen.
De
nieuwe
fiets.
Haar oma is
aardig
.
De
blauwe
auto.
Wat voor soort woorden zijn de
vetgedrukte
woorden?
Slide 5 - Slide
Wat voor soort woorden zijn de vetgedrukte woorden?
Slide 6 - Open question
Welk "
adjetivo
" past het beste bij de zin?
Mi hermano tiene los ojos (groen).
Mi hermano es (kort).
Mi padre es (lang).
Mis primas son muy (knap).
Mi madre tiene el pelo (bruin).
Mi primo es (grappig).
guapas
bajo
divertido
verdes
marrón
alto
Slide 7 - Drag question
Slide 8 - Slide
Libro de texto: página 32
Libro de texto, página 32
el adjetivo
Slide 9 - Slide
Welk "
adjetivo
" past het beste bij de zin?
Mi hermana está (verlief) de Enrique Iglesias.
Mi abuela tiene un coche (witte).
Ana, ¿has visto mis zapatos (blauw)?
Los vecinos de Pablo son (aardig).
El primo de Alicia es (knap).
Tenemos una terraza muy (groot).
simpáticos
blanco
grande
enamorada
guapo
azules
Slide 10 - Drag question
Welk "
adjetivo
" past het beste bij de zin?
Mi hermana es ........... .
La manzana es ........... .
El coche es de color ........... .
El vecino de Pablo es ........... .
Mis abuelos son ........... .
Mi hermano es ........... .
holandés
blanco
guapo
guapa
holandeses
rojo
Slide 11 - Drag question
Beschrijf (kort) een of twee leden van je familie
met behulp van het werkwoord ser (zijn),
tener (hebben) en het bijvoeglijk naamwoord.
Slide 12 - Open question
1
Slide 13 - Video
00:00
Welke woorden uit het lied herken jij?
Schrijf ze in het Spaans
Slide 14 - Mind map
Tareas para casa
Libro de ejercicios:
Página 77
Ejercicio 25
Slide 15 - Slide
¡Adiós!
Slide 16 - Slide
More lessons like this
Bijvoegelijke naamwoord
January 2024
- Lesson with
12 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Ropa y colores
June 2024
- Lesson with
18 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Adjetivos posesivos
April 2021
- Lesson with
13 slides
Spanish
La familia: verbos y adjetivos posesivos
February 2021
- Lesson with
16 slides
Spanish
La familia: verbos y adjetivos posesivos
February 2021
- Lesson with
14 slides
Spanish
Bijvoeglijk Naamwoord - Opdrachten
September 2022
- Lesson with
17 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
PA1 H3- woordenschat
November 2021
- Lesson with
17 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Bijvoeglijk naamwoord.
January 2023
- Lesson with
13 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3