Geef de toets terug en laat je buurvrouw/-man de gemaakte foute woorden opzoeken.
Schrijf de woorden met betekenis in je schrift
Slide 5 - Slide
Wat ga je nu doen?
1. Neem de woordenlijst door. Onbekend woord?
Zoek de betekenis op.
Neem je woorden mee naar de volgende les.
2. Zoek vast 7 woorden op waar je een verhaal mee gaat schrijven op de SO.
Slide 6 - Slide
Huiswerk
Neem de woordenlijst door. Onbekend woord?
Zoek de betekenis op.
Neem je woorden mee naar de volgende les.
Slide 7 - Slide
Wo. 5/10
Slide 8 - Slide
Planning
Zinnen maken met je moeilijke woorden
Uitleg SO
Oefentoets maken
Vragen/zelfstandig werken
Slide 9 - Slide
Schrijf op
Zoek terug in je woordenschrift naar alle moeilijke woorden die je tot nu toe hebt opgeschreven.
Zet deze onder elkaar.
Maak bij degene die je nog steeds moeilijk vindt, een zin.
Slide 10 - Slide
SO - wo. 5/10
Deel 1: twee oefeningen bij de woordenlijst (1x meerkeuze, 1x invullen)
Deel 2: je neemt 7 woorden mee uit je woordenschatschrift. Daar ga je een verhaal bij maken van minimaal 100 woorden, maximaal 150 woorden. Je lijstje laat je voor de SO aan mij zien (via Classroom).
Slide 11 - Slide
Oefentoets
Oefentoets in Classroom
Slide 12 - Slide
Vragen/zelfstandig werken
Vragen mag je nu aan mij stellen.
Geen vragen? Zoek 7 woorden voor je SO, lever die in via Classroom en oefen met de woorden uit de woordenlijst.
Slide 13 - Slide
Woensdag SO
Ken de woordenschatlijst
Neem je 7 woorden mee
Slide 14 - Slide
Donderdag 6 oktober
SO Woordenschat bespreken
Slide 15 - Slide
Inzicht in je eigen werk
We gaan vandaag wat proberen!
Slide 16 - Slide
Het plan
Je krijgt een nummer: onthoud dat nummer goed!
Ik deel jullie op in tweetallen.
Ga met je tweetal bij elkaar zitten.
Je krijgt een feedbackformulier.
Schrijf op het formulier je eigen naam (linksboven) + naam van wie je de SO nakijkt (rechtsboven) + je klas.
Ik geef de antwoorden + klassikaal bespreken. We doen eerst deel 1.
Ik geef uitleg voor het nakijken van deel 2. Dan kijk je dat na.