H4 online Verkleinwoorden

Nederlands 1-3
Wat gaan we doen vandaag?
  1. Opstarten + controle aanwezigheid
  2. Dilemma
  3. Theorie verkleinwoorden
  4. Zelfstandig werken
1 / 27
next
Slide 1: Slide
MentorlesBasisschoolGroep 5

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Nederlands 1-3
Wat gaan we doen vandaag?
  1. Opstarten + controle aanwezigheid
  2. Dilemma
  3. Theorie verkleinwoorden
  4. Zelfstandig werken

Slide 1 - Slide

Dilemma
Je krijgt straks een dilemma te zien. Je moet een keuze maken. 

Wat ga je doen?
  1. Maak je keuze
  2. Vertel waarom je die keuze maakt. Bedenk minstens twee argumenten.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

1. je hebt 1 reserveleven
2. je kan in de huid kruipen van iemand anders

Slide 4 - Open question

Doel: 
Ik kan verkleinwoorden met -je, -tje, -pje en -etje schrijven.

Slide 5 - Slide

tasje lampje lammetje stoeltje
-je
lampje 
hoedje 
voetje
 

-pje
bloempje
stormpje
armpje

-tje
tuintje
kamertje
broertje 
-etje
sterretje
gummetje
bommetje
Bij het woord lampje hoor je lampju, maar we schrijven lampje. Je hoort -ju, -tju, -pju en -etju, maar je schrijft -je, -tje, -pje en -etje  

          LET OP! verkleinwoorden zijn fopwoorden! 

Slide 6 - Slide

timer
1:00
Schrijf zoveel mogelijk verkleinwoorden op.

Slide 7 - Mind map

Verkleinwoorden

Je kunt een zelfstandig naamwoord verkleinen. Er zijn vier manieren om een verkleinwoord te maken:
-je       --> eend - eendje
-pje    --> bloem - bloempje
-tje     --> schoen - schoentje
-etje  --> vlam - vlammetje

Slide 8 - Slide

Opdracht
Ik heb mijn was veel te heet gewassen en nu zijn alle kleren gekrompen. 

Hoe noem je de kleren als ze klein zijn?

Slide 9 - Slide

De jas van Quincy is nu een klein
jas..... geworden.
Schrijf het hele verkleinwoord op.

Slide 10 - Open question

Julia haar jurk is nu een klein
.......... geworden.

Slide 11 - Open question

De trui van juf Joy is nu een .......... geworden.

Slide 12 - Open question

De broek van Luuk is nu een .......... geworden

Slide 13 - Open question

-tje
-etje

-je
-pje
spin
clown
eend
hoed
duim
verhaal
spel
riem

Slide 14 - Drag question

Let op! Het woord 'spin' krijgt als verkleinwoord -etje achter het woord, maar krijgt een extra letter 'n'.

                   
                    korte klank          dubbele letter 

        spin       spinnen          spin       spinnetje 
       
       vlam       vlammen     vlam        vlammetje

Slide 15 - Slide

Zelfstandig werken
Wat ga je doen?
  1. Ga naar Magister --> Leermiddelen --> Nieuw Nederlands 
  2. Maak het volgende:  H4 Taalverzorging (verkleinwoorden) - startopdracht + 1 t/m 5

Deze opdrachten zijn af voor de les van donderdag.

Slide 16 - Slide

Schrijf het verkleinwoord op van hert

Slide 17 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van dorp

Slide 18 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van kan

Slide 19 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van schaap

Slide 20 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van spin

Slide 21 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van pop

Slide 22 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van tor

Slide 23 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van slang

Slide 24 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van plan

Slide 25 - Open question

Schrijf het verkleinwoord op van ring

Slide 26 - Open question

Slide 27 - Slide