H2.7 grammatica (les 3)

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek
  • je etui
  • klascode yryox
timer
1:00
De les start:
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek
  • je etui
  • klascode yryox
timer
1:00
De les start:

Slide 1 - Slide

Planning
  • Leerdoelen paragraaf 2.7 grammatica
  • Herhalen zinsontleding
  • Opdrachten maken en nakijken
  • Samen een paar zinnen bespreken
  • Afsluiten van de les


Slide 2 - Slide

Leerdoelen paragraaf 2.7 grammatica
Na deze paragraaf kun je een zin (enkelvoudig en samengesteld) ontleden volgens de vaste volgorde. Hierbij kun je de volgende zinsdelen benoemen:
  • pv
  • wg
  • o
  • lv
  • mv
  • bwb 

Slide 3 - Slide

Vaste volgorde p. 197
1. Onderstreep de pv => tijdproef
2. Zet zinsdeelstrepen => zinsdeelproef
3. Benoem wg (inclusief pv)
4. Benoem o: wie/wat + gezegde?
5. Benoem lv: wie/wat + gezegde + onderwerp?
6. Benoem mv: aan/voor wie/wat + gezegde + o + lv?
7. Benoem bwb: zinsdelen die overblijven (meestal)

Slide 4 - Slide

Stap 1: zoek de pv
Na haar beurt zou  Sterre de boog aan Boyan geven.

Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm (pv).

Slide 5 - Slide

Stap 3: zoek het gezegde
Na haar beurt | zou (pv) | Sterre de boog  aan Boyan geven.

Het werkwoordelijk gezegde (wg) zijn alle werkwoorden in de zin (dus ook de pv). Daarbij horen ook aan het, te, wederkerend voornaamwoord en scheidbare werkwoorden.

Bijvoorbeeld: was aan het vissen, stond te vissen, waste zich, belde op.

Slide 6 - Slide

Stap 4: zoek het onderwerp
Na haar beurt | zou (pv, wg) | Sterre  de boog  aan Boyan | geven (wg).

Wie/wat + gezegde? Antwoord hierop is het onderwerp (o).

Slide 7 - Slide

Stap 5: zoek het lijdend voorwerp
Na haar beurt | zou (pv, wg) | Sterre (o) | de boog  aan Boyan  | geven (wg).

Wie/wat + wg + o? Antwoord hierop is het lijdend voorwerp.

Slide 8 - Slide

Stap 6: zoek het meewerkend voorwerp
Na haar beurt | zou (pv, wg) | Sterre (o) | de boog (lv) | aan Boyan  | geven (wg).

Aan/voor wie/wat + gezegde + o + lv? Antwoord hierop is het meewerkend voorwerp.

Slide 9 - Slide

Stap 7: benoem overige zinsdelen
Na haar beurt | zou (pv, wg) | Sterre (o) | de boog (lv) | aan Boyan (mv) | geven (wg).

Meestal zijn de zinsdelen die overblijven bijwoordelijke bepalingen. Die zinsdelen geven antwoord op vragen als waardoor, wanneer, hoe vaak, waarmee, waar, waarheen?

Slide 10 - Slide

Opdracht
  • Werk alleen. Eerste tien minuten in stilte.
  • Laatste tien minuten mag je ZACHTJES overleggen.
  • Je maakt het werk digitaal of in je leerwerkboek.
  • Maak opdrachten 4 en 6  van 2.7 op pagina 155 en verder.
  • Je kijkt de opdrachten na. Op Teams staan de antwoorden.
  • Klaar? Begin met het huiswerk van donderdag (zie Magister) of kies in de digitale methode 'versterk jezelf'.

timer
20:00
Let op! Er zijn ev zinnen en samengestelde zinnen

Slide 11 - Slide

Bespreken zinnen
1. Onderstreep de pv => tijdproef
2. Zet zinsdeelstrepen => zinsdeelproef
3. Benoem wg (inclusief pv)
4. Benoem o: wie/wat + gezegde?
5. Benoem lv: wie/wat + gezegde + onderwerp?
6. Benoem mv: aan/voor wie/wat + gezegde + o + lv?
7. Benoem bwb: zinsdelen die overblijven (meestal)

Slide 12 - Slide

Afsluiting
  • Huiswerk volgende les staat in Magister.
  • We gaan verder met paragraaf 2.7 onderdeel Grammatica.

Slide 13 - Slide