Engels schrijven les 2

Schrijven
Les 2
1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Schrijven
Les 2

Slide 1 - Slide

kaart
adres
adress
postcard

Slide 2 - Drag question

Naam en adres
In een Engels adres komt het huisnummer voor de straatnaam. 

Aan meneer Jones 
To Mr. Jones

Aan mevrouw Jones
To Mrs. Jones

Als je iemand goed kent, kun je de voornaam schrijven
To Katy Jones

Slide 3 - Slide

adress
to
Mr
Mrs
aan
mevrouw
adres
meneer

Slide 4 - Drag question

Aan meneer J. Doe

Slide 5 - Open question

Aan mevrouw K. Doe

Slide 6 - Open question

Aan Claire Jones

Slide 7 - Open question

Wat zeg je tegen Claire Johnsen (een oude dame van 84 jaar)?
A
To Claire Johnsen
B
To Mrs. C. Johnsen
C
To Mrs. Claire Johnsen
D
To Mr. C. Johnsen

Slide 8 - Quiz

Wat zeg je tegen George Smith (een oom van 54 jaar)?
A
To Mr. G. Smith
B
To Mr. George Smith
C
To Mrs. George Smith
D
To George Smith

Slide 9 - Quiz

United Kingdom
street
road
lane
The Netherlands
Nederland
laan
straat
Engeland
weg

Slide 10 - Drag question

Schrijf het volgende adres op de juiste manier op:
Computerweg 22

Slide 11 - Open question

Hoe schrijf je een kaart?
Aanhef: Dear + naam + komma (,)
Dear John,

Schrijf een korte tekst, denk aan de hoofdletters, komma's en punten.

Sluit af met ..... + je naam
(Maak de volgende vragen en je weet hoe je en brief kunt afsluiten.)



Slide 12 - Slide

Met vriendelijke groet
A
Best regards
B
Best wishes
C
Love

Slide 13 - Quiz

Groeten
A
Best regards
B
Best wishes
C
Love

Slide 14 - Quiz

Liefs
A
Best regards
B
Best wishes
C
Love

Slide 15 - Quiz

Opdracht
Je gaat zo een verjaardagskaart schrijven. 
Let op de opdrachten die boven de antwoorden staan.

Slide 16 - Slide

Welke begroeting gebruik je voor een vriend(in)?

Slide 17 - Open question

Hoe wens je iemand een fijne verjaardag?

Slide 18 - Open question

Hoe sluit je een verjaardagskaart af?

Slide 19 - Open question

Opdracht
Schrijf de naam en het adres op de juiste manier.

Je mag zelf een adres bedenken of gewoon je eigen adres gebruiken.

Tip: Denk aan de manier waarop Engelsen hun adres en postcode + plaats noteren.

Slide 20 - Slide

Naam
Adres
Postcode + stad
Land

Slide 21 - Open question