Reflecteren kun je leren

1 / 21
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Check-In
Hoe zit je erbij vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

Wat is voor jou het belang van reflecteren?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Waarom is binnen dit vak zelfkennis van belang?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Hoe leer jij jezelf het beste kennen?
nadenken over je eigen gedrag
bijhouden van een dagboek, blog etc.
eigen gedrag naast dat van anderen zetten
vragen om feedback
letten op ongevraagde feedback
een spelvorm gebruiken

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

Welke manieren zijn er om te reflecteren

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Johari venster

Slide 7 - Slide

Er is een verschil te maken tussen wat je van jezelf kent en wat je van jezelf en wat niet. Ook is verschil te maken in wat je wel en niet aan anderen laat zien. Om dit inzichtelijk te maken, gebruiken we het zogeheten Johari-venster. Dit model is in 1955 ontwikkeld. De naam ‘Johari’ is afgeleid van de namen van de ontwikkelaars: Joseph Luft en Harry Ingham.

Het is best moeilijk, misschien wel onmogelijk om een goed en compleet beeld te krijgen van jezelf. Je kent jezelf maar tot op zekere hoogte. We gebruiken het Johari-venster om duidelijk te maken dat je je zelfbeeld in vier gebieden kunt indelen.
De open ruimte is het gebied in jouw zelfbeeld dat aan jezelf en anderen bekend is. Het gaat hier om de gedragingen en eigenschappen waarvan jij je bewust bent en waar ook anderen weet van hebben. Bijvoorbeeld: je bent iemand met humor of je houdt van aanpakken.
Het verborgen gebied is het gebied in jouw zelfbeeld dat wel aan jezelf bekend is, maar niet aan anderen. Het omvat gedragingen en eigenschappen die je niet aan anderen wilt of durft te laten zien. Bijvoorbeeld: je hebt er moeite mee als iemand je kritiek geeft, maar dat laat je nooit merken.
De blinde vlek is het gebied in jouw zelfbeeld dat bekend is aan anderen, maar niet aan jezelf. Het zijn de gedragingen en eigenschappen die je laat zien aan anderen, zonder dat jij je ervan bewust bent. Bijvoorbeeld: je hebt zelf niet in de gaten dat je er moeite mee hebt als alle aandacht op je gericht is, maar anderen zien dat je je schouders omhoogtrekt en rode vlekken in je hals krijgt.
Het onbekende gebied is het gebied van jouw zelfbeeld dat niet aan jezelf en ook niet aan anderen bekend is. Dit kan betrekking hebben op iets dat je (nog) niet hebt meegemaakt, bijvoorbeeld hoe jij zult reageren als je moeder of vader wordt, of op gedrag dat is ontstaan vanuit vroegere ervaringen waarvan jij je niet meer bewust bent. Het gaat dus om het onbewuste zelf. Je krijgt bijvoorbeeld een paniekreactie als je in de lift vast komt te zitten. Je wist niet dat je zó bang kon zijn, zoveel angst kunt voelen.
Opdracht voor in de praktijk
Bedenk na een maand wat je door reflectie over jezelf hebt geleerd. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Valkuilen
jezelf verkeerd waarnemen;

anderen verkeerd waarnemen;
bevestiging zoeken vanuit bestaand zelfbeeld;
zichzelf waarmakende voorspellingen doen;
niet-reële vergelijkingen maken;
niet naar de gehele situatie kijken;
denken dat de ideale mens bestaat;
denken dat je eigenschappen óf wel óf niet bezit.






Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Reflecteren
 is onlosmakelijk verbonden met je leerproces

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Een sprookje....
Je bedenkt 3 dingen, 2 dingen wat je over jezelf zegt kloppen, de derde heb je verzonnen.
De groep gaat raden wat je hebt verzonnen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

innerlijke criticus

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Loskomen innerlijke criticus
je bent je gedachten niet;

accepteer je gedachten;
stop met het streven naar perfectie

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Denk je dat je in conflict kan komen met je eigen waarden en normen in je nieuwe beroep?
(innerlijke conflict)

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Zelfbeeldverslag Bouwstenen:
Lichamelijkheid, uiterlijke verschijning
Beroep, werk, functie
Plaatselijke afkomst
Milieu, sociale klasse
Godsdienst, roeping, levensbeschouwing
Bezit, eigendom
Kennis, ervaring, opleiding
Persoonlijke levensgeschiedenis
Waarden, normen en tradities
Persoonlijke interesses
Lidmaatschap van groepen
Geslacht

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wanneer je dit hebt gedaan, vul je je verslag aan met onderstaande punten:
  • Welke eigenschappen hebt je? (ben je gesloten, open, verlegen, spontaan, optimistisch, zakelijk, gevoelig etc.)
  • Staan bepaalde gevoelens voor jou op de voorgrond? (ben je snel kwaad, verdrietig, blij, chagrijnig etc)
  • Hoe ben je in de omgang met anderen? (treedt je snel op de voorgrond, blijf je liever op de achtergrond, ben je open of gesloten, maak je snel contact, praat je meer of luister je meer, kom je op voor jezelf etc.)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Vervolgens beschrijf je jouw functioneren in de praktijk op dit moment:
  • Welke eigenschappen staan bij jou op de voorgrond als je in de praktijk functioneert?
  • Welke gevoelens treden op als je in de praktijk functioneert?
  • Hoe ben je in de omgang met cliënten en collega's?
  • Welke eigenschappen heb jij die handig of belangrijk zijn voor je beroep?
  • Welke eigenschappen zijn voor je beroep niet zo handig, of staan je zelfs in de weg? Hoe kan je hiermee omgaan?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

wat neem je mee van deze les?

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

Planning kennismakingsgesprekken

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Volgende week
Voorbereiden observeren en signaleren

Slide 21 - Slide

This item has no instructions