omtrek en oppervlakte OB

Doel
Je kan de omtrek uitrekenen van verschillende figuren
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Doel
Je kan de omtrek uitrekenen van verschillende figuren

Slide 1 - Slide

Wat is de omtrek van  tuin?

Slide 2 - Slide

Omtrek: (2 x de lengte) + (2 x de breedte)
                (2 x 10)             +                (2 x 5)
of
10 + 5 + 10 + 5

Slide 3 - Slide

Wat is de omtrek van dit figuur?

Slide 4 - Slide

2 + 2 + 2 + 2 + 6 + 2 + 2 + 2 = 20 m

Slide 5 - Slide

Wat is de omtrek van de tafel?

Slide 6 - Open question

Wat is de omtrek? gebruik je kladschrift!

Slide 7 - Slide

6 + 8 + 3,5 + 3 + 2,5 + 5 = 28 m

Slide 8 - Slide

Wat is de
omtrek
van dit figuur?
A
20 cm
B
15 cm
C
25 cm
D
18 cm

Slide 9 - Quiz

Wat is de omtrek
van dit figuur?
A
14 cm
B
20 cm
C
12 cm
D
29 cm

Slide 10 - Quiz

Hoeveel cm touw heb je nodig voor de omtrek?
A
14 cm
B
8 cm
C
22 cm
D
2,2 cm

Slide 11 - Quiz

nu samen oefenen
lengte is 7 cm en de breedte is 4 cm. Wat is de omtrek?

Slide 12 - Slide

nu samen oefenen
lengte is 5 m en de breedte is 2 m. Wat is de omtrek?

Slide 13 - Slide

Wat is de omtrek van het figuur?
de lengte is 6 m en de breedte is 3 m.

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Video

oppervlakte
je kan de oppervlakte uitrekenen van verschillende figuren

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Omtrek: lente + breedte + lente + breedte
                (2 x de lengte) + (2 x de breedte)
Oppervlakte: lengte x breedte
10 m
5 m
10 + 5 + 10 + 5 = 30 m
10 m
5 m
10 x 5 = 50 m2

Slide 18 - Slide

Wat is de
oppervlakte
van dit figuur?
1
A
6 cm²
B
12 cm²
C
10 cm²
D
8 cm²

Slide 19 - Quiz

Wat is de
oppervlakte
van dit figuur?
3
A
9 cm²
B
12 cm²
C
10 cm²
D
18 cm²

Slide 20 - Quiz

Hoe reken je op de oppervlakte van een figuur uit?
4
A
lengte + breedte
B
lengte x breedte
C
lengte x diepte
D
lengte x hoogte

Slide 21 - Quiz

Reken de oppervlakte uit

Slide 22 - Slide

De oppervlakte van de klas meet je in
6
A
cm2
B
m2
C
dm2
D
ha

Slide 23 - Quiz

Ik heb een rechthoek van 6 cm bij 10 cm. De oppervlakte van deze rechthoek is?
7
A
60cm
B
32cm
C
40cm
D
24cm

Slide 24 - Quiz


Wat is de oppervlakte van de zolderkamer?
8
A
2 m²
B
8 m²
C
30 m²
D
42 m²

Slide 25 - Quiz

Wat heb je geleerd?
Noem 2 dingen.

Slide 26 - Open question