H3 lezen: feiten, meningen en argumenten

Welkom!
Nodig: leesboek, Nederlands boek en schrift / laptop 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Nodig: leesboek, Nederlands boek en schrift / laptop 

Slide 1 - Slide

1. Opening
2. 10 minuten lezen
3. Uitleg H3 lezen
4. Zelfstandig werken
5. Groepjes mondeling doorgeven
6. Afsluiting


Deze les

Slide 2 - Slide

Tien minuten lezen
timer
10:00

Slide 3 - Slide



Je kan het verschil uitleggen tussen een feit, een mening en een argument. 
Leerdoelen deze les:

Slide 4 - Slide

Schrijf één ding op wat je nog weet over feiten, meningen en argumenten.

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

- Uitspraak over iets wat waar of onwaar is

Controleerbaar
Je kunt altijd controleren of een feitenuitspraak waar of niet waar is
Feit

Slide 7 - Slide

- Wat iemand ergens van vindt

 



Niet controleerbaar
Je kunt het eens of oneens zijn

Mening/standpunt

Slide 8 - Slide

- Reden: waarom je iets vindt

Als je een mening hebt over iets, dan moet je altijd één of meerdere argumenten noemen:
   - Ik vind dit zo, omdat……….
   - Ik vind dit zus, want……..
 (want en omdat zijn signaalwoorden)
Argument

Slide 9 - Slide

Staat hier een feit, mening of argument?

Nederlands is het leukste vak op school.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 10 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Ik vind 'The Cell' een spannende film.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 11 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 12 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Als je te laat bent, dan moet je je melden.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 13 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Ik vind het raar om docenten aan te spreken met u.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 14 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Jesse Klaver moet de nieuwe minister president worden.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 15 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Omdat hij goede standpunten heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 16 - Quiz

  • WAT: H3 lezen opdracht 1 maken
  • HOE: Boek en schrift / laptop
  • HULP: context gebruiken, theorie erbij pakken, overleggen, vinger opsteken. 
  • KLAAR: Nakijken (ophalen bij mij), opdracht 2 maken (huiswerk)

Aan het werk!

Slide 17 - Slide

  • Controleer SOM of je je poëzieboekje moet meenemen. 
  • Standaard mee: leesboek (komt niet meer in SOM). 
  • Groepje mondeling doorgegeven? 
  • Voor vrijdag: literatuurlijst samenstellen 
    --> ga dus naar de mediatheek / bibliotheek!  
Afsluiting

Slide 18 - Slide