Les 7.2 - Druk + beweging

§1.4 Druk

Lesplanning:

1. Voorkennis druk, kracht en oppervlakte
2. Klassikale opgave spijkerbed
3. Zelfstandig werken aan §1.4
4.  Kahoot druk
5. Uitleg §4.1 kracht en beweging
6. Starten aan de opgaven van §4.1
7. Afsluiting: slow motion

Doelen van §1.4

Aan het einde van deze paragraaf kan je...

• de druk op een ondergrond berekenen;
• beredeneren wat er gebeurt met de druk op een ondergrond;
• de eenheden van druk en het oppervlakte omrekenen. 

Bespreken opgaven hefbomen toevoegen

Het verband tussen kracht en druk is rechtevenredig. Dus als de kracht 3x zo groot wordt dan wordt de druk...

1. 3 keer zo klein.
2. 3 keer zo groot.
3. 6 keer zo klein.
4. 6 keer zo groot.

Het verband tussen oppervlakte en druk is omgekeerd evenredig. Dus als het oppervlakte 3x zo groot wordt dan wordt de druk...

1. 3 keer zo klein.
2. 3 keer zo groot.
3. 6 keer zo klein.
4. 6 keer zo groot.

Waarom doet het geen (weinig) pijn wanneer je op een spijkerbed ligt?

Voorbeeldopgave

Een man (80 kg) ligt op een spijkerbed. Elke spijker heeft een oppervlakte van 7 mm². De druk op de huid is 22 kPa.
Bereken het aantal spijkers waarop de man ligt. 

• m = 80 kg --> Fz = 784,8 N
  
  
• p = F / A
• A = F / p = 784,8 / 22 000
      = 0,035673 m²
  
• A = 35673 mm² 
  
  
• 35673 / 7 = 5096 spijkers

Een voorwerp oefent een druk uit van 20 N/cm² op de grond. Het oppervlakte van het voorwerp is
13 cm³. Bereken het gewicht van het voorwerp.

1. 260 N
2. 26,5 kg
3. 1,53 N
4. 0,16 kg

Gegevens
p = 260 N/cm² 

A = 13 cm² 

F = ... N

Uitwerking

p=​A​​F​​

260=​13​​F​​

F=260⋅13=3380N

Aan de slag

Maken en nakijken

§1.4 opgave 38 t/m 48

Doelen van §1.4

Aan het einde van deze paragraaf kan je...

• de druk op een ondergrond berekenen;
• beredeneren wat er gebeurt met de druk op een ondergrond;
• de eenheden van druk en het oppervlakte omrekenen. 

Bespreken opgaven hefbomen toevoegen

Kahoot 

druk

H4 kracht en beweging

Demo: https://www.nvon.nl/leswerk/showdefysica-demo-41-eerste-wet-van-newton

§4.1 kracht en soorten beweging

Aan het einde van deze  les kan je ...

• weer de afstand, snelheid en tijd berekenen;
• weer km/h omrekenen naar m/s en andersom.

meter per seconde

v

s

t

v(m/s)=​t(s)​​s(m)​​

v(km/h)=​t(h)​​s(km)​​

de 

formule

Loes rent 60 meter in 12 seconden. Wat is haar gemiddelde snelheid
in m/s?

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Antwoord

Gegeven:                               Oplossing:

s = 60 m

t = 12 s

v=​t​​s​​=​12​​60​​=5,0m/s

Maud vliegt 560 km in 126 minuten. Bereken haar gemiddelde snelheid.

1. 260 km/h
2. 74 m/s
3. 0,225 km/min
4. 0,074 m/s

Gegeven                           Oplossing

s = 560 km                                        v = s / t = 560 / 2,1 = 266,7 km/h 

t = 126 min = 2,1 h
v = ... km/h

s = 560 km = 560 000 m            v = s / t = 560 000 / 7560 = 74 m/s
t = 126 min = 7560 s
v = ... m/s

v=​t​​s​​

v = 48 km/h

t = 12 min = 

Een giraffe rent met een snelheid van 48 km/h. Bereken de afstand die de giraffe in 12 minuten aflegt. 

48=​......h​​s(km)​​

s = 

............. h

........... km

0,12 

0,2 

5,76

9,6

De topsnelheid van een formule 1 auto is 378 km/h.
Hoeveel m/s is dat?

1. 100 m/s
2. 1360 m/s
3. 105 m/s
4. 1853 m/s

Eenparige beweging

(s,t)-diagram

(v,t)-diagram

Versnelde beweging

(s,t)-diagram

(v,t)-diagram

Vertraagde beweging

(s,t)-diagram

(v,t)-diagram

vertraagde

beweging

eenparige

beweging

versnelde

beweging

Oppervlakte onder de grafiek

... m

... m

10 m

25 m

50 m

100 m

75 m

150 m

Aan de slag

In je schrift maken en nakijken

§4.1 opgave (1), (3), 4, 5, 7 en 8

Noteer de berekeningen in je schrift. 
Klaar! Ga verder met §4.1 opgave 2, 6, 9 t/m 12

Tot 10 minuten voor het einde van de les.

Eliud Kipchoge liep in 2018 het wereldrecord op de marathon (42,2 km). Hij liep de marathon in 2:01:39.

Bereken zijn gemiddelde snelheid in km/h

1. 20,95 km/h
2. 20,81 km/h
3. 85,56 km/h

Eliud Kipchoge liep in 2018 het wereldrecord op de marathon (42,2 km). Hij liep de marathon in 2:01:39.

Bereken zijn gemiddelde snelheid in km/h.

v=​t​​s​​=​2,0275​​42,2​​=20,8km/h

s = 42,2 km

t = 2:01:39

      

2 h = 2 h            

1 min = 0,01667 h

39 s = 0,01083 h

------------+
2,0275 h 

Een gewicht van 200 N staat op de tafel. Het oppervlakte waarmee het de tafel raakt is 12 cm². Bereken de druk op de tafel.

1. 16,7 Pa
2. 0,06 Pa
3. 1667 Pa
4. 166.667 Pa

Gegevens 

A = 12 cm² = 0,12 dm² 
                     = 0,0012 m² 

F =  200 N

p = ... Pa

Uitwerking

p=​A​​F​​

p=​0,0012​​200​​=166667Pa

Een man met een massa van 82 kg zit op een stoel met vier poten. Elke poot heeft een oppervlakte van 2 cm². Bereken de druk op de grond.

1. 41 N/cm²
2. 0,024 N/cm²
3. 164 N/cm²
4. 402 N/cm²

Gegevens 

m = 82 kg --> F = 804 N
 

A = 2 cm² 

p = ... N/cm²
 

Uitwerking

p=​A​​F​​

p=​2​​804​​=402Pa