H2.1 - Soorten krachten

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.

Slide 1 - Slide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.

Slide 2 - Slide

Dag allemaal! Zorg dat je een gesloten laptop op tafel hebt liggen.

Slide 3 - Slide

H2.1 - Soorten krachten

Slide 4 - Slide

2.1 Soorten krachten

Slide 5 - Slide

Voorkennis
Wat? Maak de voorkennistoets - Introductie H2 

Hoe? Dit doe je individueel zonder te overleggen

Hulp? Nee

Klaar? Lees vast H2.1 

Slide 6 - Slide

Voortstuwende kracht
Tegenwerkende krachten:
Wrijving, Rolwrijving
Luchtwrijving


 

Slide 7 - Slide

Als F_tot = 0, dan v = 0 m/s of v = constant

Slide 8 - Slide

Krachten meten
Krachten kun je meten met een krachtmeter, 
 ofwel veerunster. Je leest het aantal Newton af
waarmee de aarde aan het voorwerp trekt

Slide 9 - Slide

Zwaartekracht

Fz = m * g

Waarbij:

Fz = zwaartekracht in Newton (N)

m = massa in kilogrammen (kg)

g = (gravitatieconstante) = 9,8 N/kg
De aarde trekt dus met 9,81 Newton aan 1 kg.

Slide 10 - Slide

voorbeeldsom
1) Bereken de zwaartekracht op een mens met een massa van
 60 kg.

2) Een Iphone 14 pro max weegt 240 gram. Bereken de zwaartekracht op de Iphone.

2) Bereken de massa in kg van een baby die 23,4 newton weegt.

Slide 11 - Slide

Krachten tekenen
Een kracht kun je tekenen als een vector (pijl) met een grootte, richting en aangrijpingspunt.

Slide 12 - Slide

Krachtenschaal

Slide 13 - Slide

Zwaartekracht tekenen
Deze kracht kun je tekenen vanuit het zwaartepunt, ofwel massamiddelpunt.

Slide 14 - Slide

Belang lesdoel
Deze paragraaf is de basis voor de rest van het hoofdstuk.
Je begrijpt meer situaties om je heen waar krachten werken, zoals een stuiterende bal.

Slide 15 - Slide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de volgende opdrachten; H2.1 - 1, 3, 4, 5, 8, 
Hoe? Je bent de eerste 10 minuten stil. Daarna mag je fluisterend overleggen.

Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Lees heel H2.1 en maak alle opdrachten.

Slide 16 - Slide

Controle lesdoelen
a Noem twee zaken waaraan je kan zien dat een kracht werkt ?

b Wat is het verschil tussen plastische en elastische
 vervorming ?

c Hoe groot is de zwaartekracht op 1 kg op aarde ?

Slide 17 - Slide

a) Bereken de zwaartekracht op een man van 70 kg.

b) Bereken de zwaaartekracht op een doosje van 50 gram.

c) Bereken de massa van een auto, als de zwaartekracht 10.000 N is.

Slide 18 - Slide

Hoe zie je dat een kracht werkt of heeft gewerkt;
a Op de elastiek bij de jongen ?
b Op de polsstok ?    c) Op de auto ?

Slide 19 - Slide

a)Hoe heet de kracht die ervoor zorgt dat het elastiek een flink eind uitrekt?


b)Hoe heet de kracht die het elastiek op de handen van de jongen uitoefent?

Slide 20 - Slide



7.4 Energie bij bewegen
H07 Kracht en beweging


Slide 21 - Slide

Kinetische / bewegingsenergie

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Zelfstandig
Opdracht B86

Slide 24 - Slide