This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 13 - Afweer
BS1 - Bescherming
Slide 1 - Slide
Leerdoelen BS1
Slide 2 - Slide
Begrippen BS1
ziekteverwekkers
lichaamsvreemd
lichaamseigen
huid
slijmvliezen
mechanische afweer
chemische afweer
melanine
indirecte afweer
Slide 3 - Slide
inwendig / uitwendig milieu
eigenlijk zijn we 1 grote buis
Slide 4 - Slide
inwendig / uitwendig milieu
scheiding inwendig -> uitwendig
-> 1 cellaag
-> uitwendig:
buitenkant huid
inhoud longen
inhoud darmen
urinewegen: blaas/vagina/plasbuis
Slide 5 - Slide
pathogenen
let op:
niet alle bacteriën zijn ziekteverwekkers
virussen zijn geen micro-organismen
Slide 6 - Slide
pathogenen
let op:
niet alle bacteriën zijn ziekteverwekkers
->darmflora, huid microbioom, etc
-> locatie is zeker van belang: je wilt geen darmbacterie in je bloedbaan
virussen zijn geen micro-organismen
->
Slide 7 - Slide
pathogenen
let op:
niet alle bacteriën zijn ziekteverwekkers
virussen zijn geen micro-organismen
-> hebben een gastheer nodig
Slide 8 - Slide
pathogenen
let op:
niet alle bacteriën zijn ziekteverwekkers
virussen zijn geen micro-organismen
-> hebben een gastheer nodig
Slide 9 - Slide
virus
Slide 10 - Slide
virus
Slide 11 - Slide
virus
binas 77d
Slide 12 - Slide
bacteriën
binas 79A
Slide 13 - Slide
ziekteverwekkers
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
lichaamsvreemd of eigen?
antigeen = antigen
-> is dus gen voor aanwezig
(of in je lichaam of in het pathogeen)
antibody behoort tot je imuunssyteem
-> body van het legertje dat ze aanvalt
Slide 16 - Slide
huid + slijmvliezen
1e verdedigingslinie tegen
pathogenen
slijmvliezen bij
- mond/ ogen/ neus /
luchtwegen/ voortplantingsstelsel
Slide 17 - Slide
afweer
mechanische afweer
chemische afweer
Slide 18 - Slide
afweer
mechanische afweer
-> huid / slijmvliezen: ze zijn
aangepast om pathogenen
buiten te houden
chemische afweer
Slide 19 - Slide
afweer
mechanische afweer
-> huid / slijmvliezen: ze zijn
aangepast om pathogenen
buiten te houden
chemische afweer
-> gebruik van stoffen zoals HCl in de maag en proteasen op de huid
Slide 20 - Slide
melanine
pigment in de huid
-> gevormd door melanocyten
-> worden doorgegeven aan
opperhuidcellen
-> stimulatie door zonlicht
-> beschermt tegen UV straling
Slide 21 - Slide
Slijmvliezen vormen welk type afweer afweer?
A
specifiek
B
mechanisch
C
chemisch
D
aspecifiek, mechanisch en chemisch
Slide 22 - Quiz
De inhoud van de maag hoort bij het
A
inwendige milieu
B
uitwendige milieu
Slide 23 - Quiz
Hoe verdedigd een plant zich tegen infectie?
A
via chemische afweer
B
via een combinatie van mechanische, chemische en indirecte afweer
C
via mechanische afweer
D
is eigenlijk niks over gezegd
Slide 24 - Quiz
Sommige planten hebben een bittere smaak ter verdediging. Is dit een voorbeeld mechanische of chemische afweer?
A
Mechanische afweer
B
Chemische afweer
Slide 25 - Quiz
Hoe heet de eigenschap van het lichaam om inwendige stabiliteit te handhaven?
A
fysiologie
B
controle
C
lichaamstemperatuur
D
homeostase
Slide 26 - Quiz
Mensen maken ook gebruik van mechanische en chemische afweer. Wat is een voorbeeld van chemische afweer?
A
huid
B
vloeistofstroom in urinewegen
C
maagzuur
D
slijmlaag in vagina
Slide 27 - Quiz
Wat hoort niet bij het inwendig milieu?
A
Bloedplasma
B
De binnenkant van je darmen
C
De binnenkant van je longen
D
Weefselvloeistof
Slide 28 - Quiz
Mechanische afweer
Chemische afweer
Indirecte afweer
Sommige planten maken nicotine, wat dodelijk is voor insecten.
Sommige planten maken lokstoffen, die de natuurlijke vijand van bijvoorbeeld een rups aantrekt.
Slide 29 - Drag question
Welke onderdelen vallen onder het inwendige milieu? En welke onder het uitwendige milieu? Sleep naar het juiste vak!
Inwendig milieu
Uitwendig milieu
In de maag
In een haarvat
In de urineblaas
In de baarmoeder
In een leverlobje
In een bronchiole
In de galblaas
Slide 30 - Drag question
Vogelgriep is een griep die bij vogels voorkomt, maar ook _______ kan besmetten.
De griep wordt veroorzaakt door een _______. Niet alle vogels die het virus hebben, worden ziek. Vooral eenden, kalkoenen en _______ zijn er gevoelig voor.
Mensen kunnen besmet raken als het virus in de _______ komt. Er zijn in Nederland enkele tientallen mensen besmet geraakt met het virus.
Als je _______ raakt met het virus, bestrijdt je lichaam het virus met _______.
Toepassen: Vogelgriep
Sleep de woorden naar de juiste plek.
Kippen
Lucht
Antistoffen
Besmet
Virus
Mensen
Slide 31 - Drag question
antistofcel
virus
antistof
antigeen
Slide 32 - Drag question
Levend
Levenloos
Kunnen bestreden worden met antibiotica
Antibiotica werkt niet
Delen zelf
Delen mbv gastcel
Virus
Bacterie
Slide 33 - Drag question
aan de slag:
huiswerk:
maak de opdrachten 1 t/m 12
waarom moet iemand met een donkere huidskleur vitamine D slikken in de winter?