1. De student kan benoemen waar de kosten in de zorg uit bestaan.
2. De student kan uitleggen hoe de zorg gefinancierd wordt.
3. De student kan samenvatten waar de ondersteuning die valt onder de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 voor zorgvragers uit bestaat.
4. De student begrijpt de moeilijkheden die kunnen optreden bij de verstrekking van zorg via de WMO.
5. De student kan uitleggen wanneer de zorgvrager in aanmerking komt voor persoonsgebonden budget of zorg in natura.