Positieve en negatieve getallen: Het begrijpen van getallen in de reële wereld

Positieve en negatieve getallen: Het begrijpen van getallen in de reële wereld
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Positieve en negatieve getallen: Het begrijpen van getallen in de reële wereld

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van deze les, kun je positieve en negatieve getallen herkennen en gebruiken in de reële wereld.

Slide 2 - Slide

Introduceer het doel van de les en leg uit waarom het belangrijk is om positieve en negatieve getallen te begrijpen.
Wat weet jij al over positieve en negatieve getallen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat zijn positieve en negatieve getallen?
Positieve getallen zijn getallen groter dan nul, zoals 1, 2, 3, enz. Negatieve getallen zijn getallen kleiner dan nul, zoals -1, -2, -3, enz.

Slide 4 - Slide

Leg uit wat positieve en negatieve getallen zijn en geef voorbeelden.
De nummerlijn
Een nummerlijn is een lijn waarop positieve getallen naar rechts worden weergegeven en negatieve getallen naar links.

Slide 5 - Slide

Laat een afbeelding zien van een nummerlijn en leg uit hoe deze werkt.
Het plaatsen van getallen op de nummerlijn
Om een getal op de nummerlijn te plaatsen, verplaats je een stip naar links of rechts op de lijn totdat je bij het juiste getal komt.

Slide 6 - Slide

Demonstreer hoe je een getal op de nummerlijn plaatst.
Optellen van positieve en negatieve getallen
Als je twee positieve getallen bij elkaar optelt, krijg je een positief getal. Als je twee negatieve getallen bij elkaar optelt, krijg je een negatief getal. Als je een positief en negatief getal bij elkaar optelt, trek je het kleinere getal af van het grotere getal en geef je het teken van het getal met de grootste absolute waarde.

Slide 7 - Slide

Leg uit hoe positieve en negatieve getallen worden opgeteld en geef voorbeelden.
Aftrekken van positieve en negatieve getallen
Het aftrekken van een positief getal van een positief getal of een negatief getal van een negatief getal werkt hetzelfde als het optellen van getallen van dezelfde soort. Als je een negatief getal van een positief getal aftrekt, tel je het absolute waarde van het negatieve getal bij het positieve getal op en geef je het teken van het getal met de grootste absolute waarde.

Slide 8 - Slide

Leg uit hoe positieve en negatieve getallen worden afgetrokken en geef voorbeelden.
Oefening
Los de volgende sommen op: 1. 5 + (-3) 2. (-8) - 4 3. (-2) + (-6) 4. 10 - (-2)

Slide 9 - Slide

Laat de leerlingen de sommen oplossen en bespreek de antwoorden klassikaal. Geef extra oefeningen indien nodig.
Samenvatting
Positieve getallen zijn getallen groter dan nul en negatieve getallen zijn getallen kleiner dan nul. Een nummerlijn wordt gebruikt om positieve en negatieve getallen te visualiseren. Bij het optellen of aftrekken van positieve en negatieve getallen, moet je het teken van de getallen begrijpen en de juiste methode toepassen.

Slide 10 - Slide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en laat de leerlingen vragen stellen of feedback geven.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.