Griekse Natuurfilosofie

Oefentoets Griekse Natuurfilosofen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
algemene natuurwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Oefentoets Griekse Natuurfilosofen

Slide 1 - Slide

Welke filosoof hoort bij de atoomtheorie?
A
Democritus
B
Zeno
C
Parmenides
D
Erathostenes

Slide 2 - Quiz

Is Plato empiricus of rationalist?
A
Empiricus
B
Rationalist

Slide 3 - Quiz

Wat is het verschil tussen de beweging van een ster en van een planeet?
A
Sterren bewegen 's nachts langs de hemel, planeten niet.
B
Sterren staan altijd op dezelfde plek t.o.v elkaar, planeten niet.

Slide 4 - Quiz

Hoe wisten filosofen in de oudheid al dat de aarde rond is?
A
Door grote reizen te maken
B
Dit is aan de vorm van de horizon te zien
C
De stand van de zon verandert gedurende het jaar
D
Bij maansverduistering is de vorm van de aarde te zien.

Slide 5 - Quiz

Tot welk element behoort hout volgens de Grieken?
A
vuur
B
water
C
aarde
D
lucht

Slide 6 - Quiz

Welke van onderstaande filosofen heeft nooit iets opgeschreven?
A
Democritus
B
Plato
C
Parmenides
D
Socrates

Slide 7 - Quiz

Welke van onderstaande personen is geen Milesier?
A
Anaximander
B
Thales
C
Anaximenes
D
Parmenides

Slide 8 - Quiz

Welk groot rijk grenst aan de Griekse stadstaten in de tijd van de Milesische filosofen?
A
Romeinse rijk
B
Persische rijk
C
Babylonische rijk
D
Sparaanse rijk

Slide 9 - Quiz

Waarom denken de Grieken dat de aarde het middelpunt is van het heelal?
A
Alle hemellichamen bewegen terwijl de aarde stil lijkt te staan
B
Omdat beweging niet bestaat
C
Omdat zij denken dat de aarde een planeet is

Slide 10 - Quiz

Pythagoras ziet de sterren als een enkel hemellichaam, waarom is dat?
A
Ze geven hetzelfde licht af
B
Ze bewegen gezamenlijk in een schil
C
Ze hebben dezelfde oorsprong
D
Dat vindt hij gewoon

Slide 11 - Quiz

Welk van de volgende begrippen hoort bij Democritus
A
reductio ad absurdum
B
determinisme
C
Socratische dialoog

Slide 12 - Quiz

Wie had een manier gevonden om de afstand van een schip te berekenen zonder het water te betreden?
A
Anaximander
B
Zeno
C
Plato
D
Thales

Slide 13 - Quiz

De richting van het aardoppervlak tussen twee plaatsen verschilt 90 graden. De afstand tussen deze plaatsen is 5.000 km. Hoe groot is de planeet dan ?
A
40.000 km
B
20.000 km
C
10.000 km
D
15.000 km

Slide 14 - Quiz

Wat probeert Plato te bewijzen met zijn grotverhaal?
A
Dat logisch denken niet tot waarheid leidt
B
Dat slavernij afgeschaft moet worden
C
Dat de zintuigen onbetrouwbaar zijn
D
Dat getalsverhoudingen de natuur bepalen

Slide 15 - Quiz

Welke van onderstaande uitspraken is juist?
A
Zeno toont aan dat dissonante intervallen vals klinken
B
Pythagoras toont de relatie tussen muziek en getalsverhoudingen aan
C
Als twee snaren een lengte hebben van 1 : 2 levert dit een dissonant interval op
D
Bij een muzikaal interval hoor je twee dezelfde noten.

Slide 16 - Quiz