Desoriëntatie in tijd: Tijdsbesef wordt minder, geen klok meer kunnen kijken, niet in kunnen schatten welk deel van de dag het is en/of welk jaar.
Desoriëntatie in plaats: Verdwalen, de wc niet meer kunnen vinden.
In onbekende omgeving wordt dit erger
Desoriëntatie in persoon: Familieleden niet meer herkennen of personen voor iemand anders aanzien.