Module 2: Eentermen en veeltermen: notatie

Module 2: Eentermen en veeltermen: notatie
1 / 55
next
Slide 1: Slide
WiskundeSecundair onderwijs

This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Module 2: Eentermen en veeltermen: notatie

Slide 1 - Slide

Eenterm
Een éénterm is een product van getalfactoren en letterfactoren. Belangrijk hierbij is dat de exponenten van de letterfactoren natuurlijke getallen zijn. 

Slide 2 - Slide

Is deze eenterm correct genoteerd?
-1ab²
A
ja
B
neen

Slide 3 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-a.b²
A
ja
B
neen

Slide 4 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-ab²
A
ja
B
neen

Slide 5 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3.a.b²
A
ja
B
neen

Slide 6 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3b²a
A
ja
B
neen

Slide 7 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3ab²a
A
ja
B
neen

Slide 8 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
0ab²a
A
ja
B
neen

Slide 9 - Quiz

Eentermen
Een eenterm is een product van een aantal cijferfactoren ( = coëfficiënten) en letterfactoren.
Bijvoorbeeld:
3a --> 3 is de coëfficiënt en a is het lettergedeelte
-5x-->  -5 is de coëfficiënt en x2 ix het lettergedeelte
ab  -->  1 is de coëfficiënt en ab is het lettergedeelte

Slide 10 - Slide

4 . n en n + 1 noemen we lettervormen

4 . n of ook 4n noemen we een eenterm

n + 1 noemen we een veelterm

Slide 11 - Slide

Wat is de coëfficiënt van volgende eenterm: -7ab?
A
-7
B
ab
C
7
D
-ab

Slide 12 - Quiz

Wat is het lettergedeelte van volgende eenterm: -7ab?
A
-7
B
ab

Slide 13 - Quiz

Wat is de coëfficiënt van volgende eenterm: 8x?
A
8
B
x

Slide 14 - Quiz

Wat is het lettergedeelte van volgende eenterm: 8x?
A
8
B
x

Slide 15 - Quiz

Wat is de coëfficiënt van volgende eenterm: -25a?
A
-25
B
a

Slide 16 - Quiz

Wat is het lettergedeelte van volgende eenterm: -25a?
A
-25
B
a

Slide 17 - Quiz

Wat is de coëfficiënt van volgende eenterm: -b?
A
-
B
-1
C
b
D
-b

Slide 18 - Quiz

Wat is het lettergedeelte van volgende eenterm: -b?
A
-
B
-1
C
b
D
-b

Slide 19 - Quiz

Wat is de coëfficiënt van volgende eenterm: 38y?
A
38
B
y

Slide 20 - Quiz

Wat is het lettergedeelte van volgende eenterm: 38y?
A
38
B
y

Slide 21 - Quiz

In de eenterm 61b²d²efg², is e
A
een letterfactor
B
een lettergedeelte
C
een eenterm
D
een coëfficiënt

Slide 22 - Quiz

Notatie eentermen               -3a²b
Hou volgende regels in je achterhoofd
- het minteken altijd vooraan                                                                      3a².(-b) = -3a²b
- eerst de coëfficiënt (cijfergedeelte), dan het lettergedeelte        -a²b3 = -3a²b
    - als de coëfficiënt 1 is, noteer je deze NIET!                                              1a²b = a²b
    - als de coëfficiënt 0 is, is de eenterm onbestaande                                0a²b = /
- geen maaltekens in een eenterm                                                         -3.a.a.b = -3a²b
- de letters in een eenterm noteer je alfabetisch                                 -3ba² = -3a²b
- meermaals dezelfde letter? Groeperen!                                                -3aba = -3a²b


Slide 23 - Slide

Schrijf als een lettervorm:
de tweede macht van a
A
2.a
B
2a
C
D
a2

Slide 24 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de derde macht van b
A
3.b
B
3b
C
D
b3

Slide 25 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de tweede macht van x
A
2.x
B
2x
C
D
x2

Slide 26 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de derde macht van z
A
3.z
B
3z
C
D
z3

Slide 27 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de som van a en b
A
a+b
B
a en b
C
+ab

Slide 28 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
het product van a en b
A
a.b
B
ab
C
a+b
D
a-b

Slide 29 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
het quotiënt van a en b
A
a:b
B
ab
C
-a.b
D
b-a

Slide 30 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
het verschil van a en b
A
a-b
B
-ab
C
-a.b
D
b-a

Slide 31 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de tweede macht van de som van a en b
A
a.b²
B
a+b²
C
(a+b)²
D
a²+b²

Slide 32 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de derde macht van de vermenigvuldiging van x en y
A
a.b³
B
a+b³
C
(a.b)³
D
a³.b³

Slide 33 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de derde macht van het quotiënt van x en y
A
a:b³
B
(a:b)³
C
a³:b
D
a³:b³

Slide 34 - Quiz

Schrijf als een lettervorm:
de derde macht van het verschil van x en y
A
a+ (-b)³
B
a-b³
C
(a-b)³
D
a³-b³

Slide 35 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-1ab²
A
ja
B
neen

Slide 36 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-a.b²
A
ja
B
neen

Slide 37 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-ab²
A
ja
B
neen

Slide 38 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3.a.b²
A
ja
B
neen

Slide 39 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3b²a
A
ja
B
neen

Slide 40 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3ab²a
A
ja
B
neen

Slide 41 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
0ab²
A
ja
B
neen

Slide 42 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-1xy²
A
ja
B
neen

Slide 43 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3.x.y²
A
ja
B
neen

Slide 44 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
0xy²
A
ja
B
neen

Slide 45 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-x.y²
A
ja
B
neen

Slide 46 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3y²x
A
ja
B
neen

Slide 47 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-xy²
A
ja
B
neen

Slide 48 - Quiz

Is deze eenterm correct genoteerd?
-3xy²x
A
ja
B
neen

Slide 49 - Quiz

Gelijksoortige eentermen
Dit zijn eentermen met hetzelfde lettergedeelte
Bijvoorbeeld:

3a; -4a; 0,5a; a; ...                 lettergedeelte a

2a²; 9a²; -56a²; a²; ...             lettergedeelte a²

5a²b; -2a²b; a²b; ...                 lettergedeelte a²b


Slide 50 - Slide

Duid de gelijksoortige eenterm(en) aan van 25a
A
2ab
B
2a
C

Slide 51 - Quiz

Duid de gelijksoortige eenterm(en) aan van 25ab³
A
2ab³
B
2ab
C
a²b

Slide 52 - Quiz

Duid de gelijksoortige eenterm(en) aan van 3pq
A
-15pq²
B
2pq³
C
pq

Slide 53 - Quiz

Duid de gelijksoortige eenterm(en) aan van -33x
A
3x²
B
3x
C
-3x

Slide 54 - Quiz

Duid de gelijksoortige eenterm(en) aan van 4x²y
A
xy
B
x³y
C
xy²
D
x²y

Slide 55 - Quiz