is in feite de basisomgeving in Linux waarmee je je systeem kunt beheren door middel van het invoeren van opdrachten / commando’s. De commandline kan ook wel gezien worden als de ‘schil’ (Engels: shell) om de Linux-kernel of de laag tussen het hart van je besturingssysteem en de rest. De standaard schil die als commandline wordt gebruikt in alle bekende Linux-distributies en in Apple OS X is heet Bash.