Les 1.2 Het practicumlokaal

1 / 48
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Today!
- Recap properties of substances
- Practical rules 
- Time for homework

Slide 2 - Slide

Together 
In groups of 3 or 4

First write down as many substaces as you know

After that, categorise ALL of the substances in to the right groups.

Slide 3 - Slide

Recognising substances by property
Odour (smell)
Colour 
Taste
Flammability
Grain size
Magnetic
Phase
Density

Slide 4 - Slide

I've got two bottles of clear liquids. One is water and the other is alcohol.
I want to figure out which is which. What property could i use?
A
Colour
B
Odour
C
Phase
D
Flammebility

Slide 5 - Quiz

I've got suger and salt, what property could I use to keep them apart?
A
Colour
B
Magnetic
C
Grain size
D
Phase

Slide 6 - Quiz

I'm going to do a PA with a substance that is know to be corrosive.
What measures should I take?
A
Open a window
B
Make sure there are no sparks
C
Wear protective clothing, goggles and gloves

Slide 7 - Quiz

Write down a substance that could be dangerous when inhaled:

Slide 8 - Open question

Write down a substance that could be dangerous when you swallow it:

Slide 9 - Open question

Write down a substance that could be dangerous when it gets on your skin, clothes or in your eyes:

Slide 10 - Open question

harmful
toxic
oxidising
flammable
explosive
corrosive

Slide 11 - Drag question

Recap:
Rocognise substances by  properties, we know 8 different propperties.

Hazard symbols also give you information about a substance, we know 6 different symbols. 

Slide 12 - Slide

Safety !!!

Slide 13 - Slide

2

Slide 14 - Video

Safety measures in classroom


veiligheidsbril: bril om je ogen te beschermen.

blusdeken: deken die je gebruikt om een kleine
brand te blussen of als de kleren van iemand 
branden.


Slide 15 - Slide

Safety measures in classroom

brandblusser: gebruik je om een grotere brand te 
blussen.Niet bij personen gebruiken.

noodstop: knop die gas, water en stroom afsluit 
als je erop drukt.

Slide 16 - Slide

Safety measures in classroom

nooddouche: daar ga je onder staan als je een 
bijtende stof op je huid of kleren hebt gekregen.

oogdouche: fonteintje om je ogen te spoelen als 
je daarin een bijtende stof hebt gekregen.

Slide 17 - Slide

Bunzenburner
De brander (onderdelen)
  • Schoorsteen
  • Gasregelknop
  • Luchtring
  • Gasslang



Slide 18 - Slide

De gele vlam (pauzevlam)
  • De luchtring is dicht
  • Een gele vlam zie je goed
  • Je gebruikt de gele vlam als je pauzeert 
  • De gele vlam heet ook wel de pauzevlam
  • nadeel: wat je in de vlam houdt wordt zwart

Slide 19 - Slide

De stille blauwe vlam

  • De luchtring staat een beetje open
  • Een blauwe vlam gebruik je als je iets verwarmt. 

  • Nadeel: Je ziet hem slecht

Slide 20 - Slide

De ruisende blauwe vlam

  • De luchtring is helemaal open
  • De ruisende vlam is de heetste vlam
  • Er ontstaat altijd een kegeltje in de vlam


Slide 21 - Slide

Hoe werk je veilig?
  • Veiligheidsregels in het practicumlokaal:
  • Ga nooit zomaar iets doen, lees altijd de opdracht goed door.
  • Zet een veiligheidsbril op. 
  • Doe lang haar altijd in een staart.
  • Ruik/proef nooit zomaar aan/van een stof.
  • Wees voorzichtig met glaswerk: breekt iets, meldt het dan direct. 
  • Draai nooit zomaar een gaskraan open. 
  • Als je iets morst, ruim het dan direct op. Stoffen kunnen gevaarlijk zijn.

Slide 22 - Slide

Veiligheid.......

Voordat we met practica beginnen geeft de docent uitleg. 
Begin pas met het practica na de uitleg en als je de uitleg echt hebt begrepen.

Slide 23 - Slide

Veiligheid.......
Als je je hand of vingers brand aan een hete vloeistof, vaste stof of gewoon aan de vlam. Loop dan rustig naar de kraan en steek je hand hier onder.
Laat je hand minimaal 10 minuten onder de lopende kraan.

Slide 24 - Slide

Veiligheid..........
Mocht je een hete vloeistof, een bijtende stof over je heen krijgen of staan je kleren  in de brand. 
Stap dan onder de nood douche.

Alleen in een NOODGEVAL gebruiken!
Misbruik wordt gestraft.

Slide 25 - Slide

Veiligheid......
Mocht je een hete vloeistof of een bijtende stof in je ogen krijgen. Gebruik dan de oogdouche.

Alleen in een NOODGEVAL gebruiken!
Misbruik wordt gestraft.

Slide 26 - Slide

Veiligheid........
Mocht je zien dat er iets helemaal verkeerd gaat. Sla dan op de noodknop. Het gas en de stroom wordt in het lokaal afgesloten.

Alleen in een NOODGEVAL gebruiken. 
Misbruik wordt gestraft.

Slide 27 - Slide

Veiligheid...........

Werk voorzichtig, nauwkeurig, ontspannen, veilig en.....
met plezier

Slide 28 - Slide

Finish Chapter 2.1 
questions 1 up and to 7 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Wie is het grootste gevaar in het practicum lokaal
A
de docent
B
ik
C
mijn buurman/vrouw
D
de toa

Slide 31 - Quiz

Welke veiligheidsmaatregelen moet je nemen bij het doen van practica?
A
bril op
B
bril op en haren vast
C
bril op, haren vast en niet eten
D
bril op, haren vast, niet eten, niet onnodig lopen

Slide 32 - Quiz

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
explosief
B
ontvlambaar
C
brandbevorderend
D
schadelijk

Slide 33 - Quiz

Het eerste wat je doet als je brander aan zet
A
lucifer aansteken
B
controleren of de kranen los kunnen
C
de gaskraan aanzetten

Slide 34 - Quiz

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
explosief
B
schadelijk
C
toxisch (giftig)
D
milieugevaarlijk

Slide 35 - Quiz

De 'ruisende' vlam gebruik je om...
A
Iets sterk te verhitten
B
Iets rustig te verwarmen
C
Aan te geven dat de brander het doet
D
Te laten zien dat de brander aan staat

Slide 36 - Quiz

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
corrosief (bijtend)
B
schadelijk
C
toxisch (giftig)
D
milieugevaarlijk

Slide 37 - Quiz

Wat is GEEN regel tijdens scheikunde practica?
A
Een teveel aan stof mag je nooit terugdoen in de voorraadpot.
B
Als je een fles met vloeistof in een reageerbuis giet, kan dit direct uit de fles.
C
Schud nooit met je duim op een reageerbuis.
D
Als je de brander gebruikt ga je staan.

Slide 38 - Quiz

Wanneer gebruik je de noodstop?

A
nooit, je mag er niet aankomen
B
als er brand is
C
als er kortsluiting is
D
als je de les wilt verstoren

Slide 39 - Quiz

Noem 1 veiligheidsregel in het lab?

Slide 40 - Open question

Waarom moet je lang haar altijd vastmaken in het practicumlokaal?
A
Hygiëne
B
Veiligheid
C
Voor een mooi volume
D
A, B en C

Slide 41 - Quiz

ontplofbaar
schadelijk
zeer licht ontvlambaar
giftig
corrosief

Slide 42 - Drag question

waar begin je mee voordat je de brander aansteekt?
A
Luchtring dicht, gasregelknop dicht
B
Luchtring dicht, gasregelknop open
C
Luchtring open, gasregelknop dicht
D
Luchtring open, gasregelknop open

Slide 43 - Quiz

douche
brandblusser
blusdeken
oogdouche
noodknop
brandende kleding
brand blussen
alle elektriciteit direct uit
gevaarlijke stof in oog

bijtende stof op lichaam

Slide 44 - Drag question

Gevarenpictogrammen
Giftige stoffen
Ontplofbare stoffen
Gevaar milieu
Ontvlambare stoffen

Slide 45 - Drag question

Oxiderende stoffen
Gevaar gezondheid
Schadelijke stoffen
Corrosieve stoffen

Slide 46 - Drag question

Joki heeft allerlei practica gedaan en veel stoffen verwarmd, maar het is tijd voor een kopje thee. Wat doet ze met de brander?
A
Ze zet hem op "Blauwe ruisende vlam"
B
Ze zet hem op "Blauwe vlam"
C
Ze zet hem op "Pauzevlam"
D
Ze zet hem uit.

Slide 47 - Quiz

Wat gebeurt er al je de gasregelschroef verder open draait?
A
vlam verandert van kleur
B
vlam wordt heter
C
vlam wordt groter
D
vlam wordt kleiner

Slide 48 - Quiz