Startscherm H2 woensdag 31 maart

Goedemorgen!
Programma en bijzonderheden
1
Duits
Inka
2
Engels
Inka
kleine pauze
3
Aardrijkskunde
Hans
4
Nederlands
Inka
LEESUUR!/Toets
grote pauze
5
Engels
Inka
6
Mentorgroep
Inka
1 / 30
next
Slide 1: Slide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Goedemorgen!
Programma en bijzonderheden
1
Duits
Inka
2
Engels
Inka
kleine pauze
3
Aardrijkskunde
Hans
4
Nederlands
Inka
LEESUUR!/Toets
grote pauze
5
Engels
Inka
6
Mentorgroep
Inka

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Unterrichts-ziel
Eerste kennismaking met het fenomeen 
Naamval!

Slide 3 - Slide

Unterrichtsziel/Programm
-> Start: herhaling woordjes van gisteren (nu NL -> DU)
E - Grammatik - Persoonlijk en vragend voornaamwoord in de vierde naamval
Voorzetsels van de 4e naamval

1. Aufgabe 17: Regel entdecken
2. Die Regel Erklären
3. Üben: Aufgabe 18-19-20
4. Text: Ostern (niet voor thuiswerkers)

Slide 4 - Slide

Wörterliste
Schreibe das Deutsche Wort für:
de kast                             het raam
de stoel                           de slaapkamer
de deur                            de woonkamer
de muur                          donker
de tafel                            boven
het huis                           blauw
de kamer                         wit

Slide 5 - Slide

Wörterliste
Schreibe das Deutsche Wort für:
der Schrank, die Schränke                  das Fenster, die Fenster
der Stuhl, die Stühle                               das Schlafzimmer, die Schlafzimmer
die Tür, die Türen                                      das Wohnzimmer
die Wand, die Wände                              dunkel
der Tisch, die Tische                               oben
das Haus, die Häuser                              blau
das Zimmer, die Zimmer                       weiß

Slide 6 - Slide

Welke
persoonlijk voornaamwoorden
in het Duits ken je?
Antwoord elke keer met één woord.

Slide 7 - Mind map

Voorzetsels met de 4e naamval
  • De vormen mich, dich enzovoort zijn de vormen van het persoonlijk voornaamwoord in de vierde naamval (4).
  • Na für en een aantal andere voorzetsels staat het persoonlijk voornaamwoord in de vierde naamval.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord
1e naamval:

ik = ich
jij = du
hij/zij/het = er/sie/es

wij = wir
jullie = ihr
zij = sie
u = Sie
wie? = wer ?
persoonlijk voornaamwoord
4e naamval:

mij = mich
jou = dich
hem/haar/het = ihn/sie/es

ons = uns
jullie = euch
hen(hun) = sie
u = Sie 
wie? = wen? 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Üben 
Was: Aufgabe 18, 19, 20
Wie: Vandaag maken, helemaal af. Nabespreken in de klas, voor de thuiswerkers: laat het volgende week zien dan controleer ik het (tenzij je het online hebt gemaakt, dan is het al gecontroleerd)
Hilfe:  boek - grammatik-Übersicht

Slide 12 - Slide

Ostern

Slide 13 - Slide

Bis zum nächsten Mal!

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Program for today
E Grammar 14 - Future (toekomende tijd) Present continuous (duurvorm)
(Thuiswerkers: klik op de link hierboven en je komt in een aparte les terecht)
Make ex. 27 (page 22 Activitybook)

E Grammar 15 - Woordvolgorde
Bekijk de uitleg op blz. 156 (is uitgebreider dan blz. 79) en (thuiswerkers:) bekijk de volgende dia's.
Make ex. 28 en 29

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

S     =     Subject       =     Onderwerp

V     =     Verb            =      Werkwoord

O    =      Object        =      Lijdend voorwerp

M    =     Manner       =     Hoe iets gedaan wordt

P     =     Place           =      Place

T      =     Time            =      Tijd

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Lesdoel behaald?

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Lesdoel/Programma
Tristan, Michiel, Kirsten: maken NL toets (van gisteren)

Slide 23 - Slide

Lesdoel behaald?

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Program for today
K- Watching (page 23) (in online methode voor de thuiswerkers)





Noteer de paastradities die voorbij komen (wat, waar, hoe lang al?)

Slide 26 - Slide

Lesdoel behaald?

Slide 27 - Slide

Mentorgesprek

Slide 28 - Slide

Presentaties goed nieuws

Slide 29 - Slide

Goedemorgen!
Dagafsluiting
1. Hoe was je dag?

2. Mededelingen/bijzonderheden

3. ABC  =  Agenda - Boeken - Corvee


Fijne middag!   

Slide 30 - Slide