3g vocab 1 Unit 4

What does 'blizzard' mean in Dutch?
A
storm
B
bizar
C
blikken
D
sneeuwstorm
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

What does 'blizzard' mean in Dutch?
A
storm
B
bizar
C
blikken
D
sneeuwstorm

Slide 1 - Quiz

What does 'to bury' mean in Dutch?
A
beuren
B
tillen
C
begraven
D
buren

Slide 2 - Quiz

What does 'courage' mean in Dutch?
A
moed
B
koren
C
kuren
D
gemoedelijk

Slide 3 - Quiz

Find the odd one out. Welke hoort er niet bij?
A
blizzard
B
earthquake
C
massive
D
hurricane

Slide 4 - Quiz

emergency kit
rapidly
cause
reliable
noodpakket
razendsnel
betrouwbaar
oorzaak

Slide 5 - Drag question

True or false
Betekent 'overstroming' in het Engels 'flood'?
A
true
B
false

Slide 6 - Quiz

Hoe vertaal je het werkwoord 'treffen' naar het Engels?

A
to hit
B
to treff
C
to go
D
to take

Slide 7 - Quiz

Hoe vertaal je 'schuld/fout' naar het Engels?
A
fail
B
fault
C
feel

Slide 8 - Quiz

Hoe vertaal je 'strijd' in het Engels?
A
struggle
B
ugly
C
strain

Slide 9 - Quiz

voor altijd
golf
herstellen
(laten) vallen
forever
to restore
to drop
wave

Slide 10 - Drag question

True or false
Betekent 'vernietigen' in het Engels 'to troy'?
A
true
B
false

Slide 11 - Quiz