This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Start H3.1 Fictie
Programma:
Hoofdpersonen
Aan de slag
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog allemaal over de hoofdpersoon van een boek?
Slide 3 - Open question
Bijpersonen spelen een grotere rol in het boek dan hoofdpersonen. Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
Screenshot
Slide 5 - Slide
Hoofdpersonen
= Belangrijkste persoon in het verhaal
Wat kom je over hem te weten?
- Wat hij of zij denkt en voelt
- Wat zijn of haar karaktereigenschappen zijn (vb: verlegen,
zelfverzekerd, nieuwsgierig)
- Hoe hij of zij eruit ziet
- Waar, hoe en met wie hij of zij woont
Slide 6 - Slide
Let op!
Gedachte en gevoel van een hoofdpersoon spelen een grotere rol in het verhaal dan het uiterlijk!!
Dit heeft te maken met: ....
Slide 7 - Slide
Karakterontwikkeling
Je leert voornamelijk het karakter van de hoofdpersoon kennen in het verhaal door:
- Wat ze denken, zeggen en doen
Door wat een personage meemaakt, kan hij veranderen. Als een personage verandert in het verhaal dan noem je dat karakterontwikkeling
Slide 8 - Slide
Voorbeeld
Een hoofdpersoon wordt heel onzeker beschreven aan het begin van het verhaal. Door verschillende gebeurtenissen wordt deze hoofdpersoon steeds meer zelfverzekerder. Aan het eind van het verhaal is deze hoofdpersoon heel zelfverzekerd.
Hier is er een karakterontwikkeling van onzeker naar zelfverzekerd.