STAP 1: zoek het lijdend voorwerp
stap 2: Is dit woord mannelijk/vrouwelijk/meervoud?
stap 3: Vervang het lijdend voorwerp door le/la/l'/les
stap 4: Staat er een heel werkwoord in de zin? Ja=> plaats le/la/l'/ les ervoor
stap 5: Nee? Plaats le/la/les voor de persoonsvorm. Laatste check! begint de pv met een klinker? (a,e,i,o,u,h) kies dan L'