This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Bonjour tout le monde!
Jassen uit
telefoon in je tas
Werkboek A op tafel
Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Je weet dat een lijdend voorwerp vervangen kan worden door een persoonlijk voornaamwoord.
Je weet dat le/la/l' en les persoonlijke voornaamwoorden zijn.
Je kunt een lijdend voorwerp vervangen door de persoonlijke voornaamwoorden le/la/l' en les.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
voorbeeld
Ik zie mijn moeder = je vois ma mère
Ik zie haar = je LA vois Ik zie mijn ouders = je vois mes parents Ik zie hen = je les vois
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
voorbeeld
Ik zie mijn moeder = je vois ma mère
Ik zie haar = je LA vois Ik zie mijn ouders = je vois mes parents Ik zie hen = je les vois
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Als je het lijdend voorwerp vervangt door le/la/les,
dan verandert de plaats van het lijdend voorwerp.
Nous aimons les bonbons.
Nous les aimons.
Slide 8 - Slide
Geen regel zonder uitzondering...
Slide 9 - Slide
Je veuxvoir le nouveau film de Tarantino.
Je veux levoir avec mes copains.
Slide 10 - Slide
stappenplan
Voorbeeld zin: Nous regardons un film
Slide 11 - Slide
nous regardons un film
STAP 1: zoek het lijdend voorwerp
stap 2: Is dit woord mannelijk/vrouwelijk/meervoud? stap 3: Vervang het lijdend voorwerp door le/la/l'/les stap 4: Staat er een heel werkwoord in de zin? Ja=> plaats le/la/l'/ les ervoor stap 5: Nee? Plaats le/la/les voor de persoonsvorm.
Laatste check! begint de pv met een klinker? (a,e,i,o,u,h) kies dan L'