Boekvergelijking les 1 - Interpunctie en hoofdlettergebruik

Boekvergelijking les 1
1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Boekvergelijking les 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
1. Weet de docent hoe ver jullie zijn met de boekopdracht.
 2. Kun je hoofdletters op een correcte manier plaatsen in een zin en weet je de regels omtrent hoofdletters.
3. Weet je de regels omtrent interpunctie en kun je deze regels consequent toepassen in teksten (ook de Literatuuropvatting).

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Link

This item has no instructions

Hoofdletters
1. Aan het begin van een zin
    



Als de zin begint met 's, 't, 'k, 'n, begint het volgende woord met de hoofdletter.



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld
's Avonds, 't Hagelde, 'k Zou het niet weten, 'n Klier van een jongen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
2. Eigennamen
Jan, Kees, Anja, meneer De Vries,
    mevrouw Van de Velde

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
3. Aardrijkskundige namen en talen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
4. Feestdagen (maar geen samenstellingen)
Kerst, Bevrijdingsdag, Pasen


paasei, bevrijdingsfestival, kerstfeest

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
5. Aansprekingen als God, Allah, Majesteit

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
6. Namen van kranten, boeken, schilderijen, etc.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoofdletters
7. Na een dubbele punt, als iemand begint te spreken (directe rede)
Hij zei: “Vannacht vroor het.”

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Interpunctie

  1.  Punt.
  2.  Komma,
  3.  Dubbele punt:
  4.  'Enkele aanhalingstekens'
  5.  "Dubbele aanhalingstekens"
  6.  Uitroepteken!
  7.  Vraagteken?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

1. Punt
  •  Aan het einde van een zin.
  •  Bij het gebruik van bijv. afkortingen.



 Kort d.m.v. punten een afk. van meerdere woorden af.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

2. Komma (deel 1)
Bij zinnen die uit meerdere zinnen bestaan, plaats je vaak een komma, waardoor je een pauze hoort.

 Hier gebruik je ook een komma, want er staat een voegwoord in de zin.
 Andere voegwoorden zijn: maar, of, omdat, daardoor,
 waardoor, dat, dus, terwijl, zodat, totdat, nadat etc.


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

2. Komma (deel 2)
Bij zinnen die uit meerdere zinnen bestaan, plaats je vaak een komma, waardoor je een pauze hoort.

 Hier gebruik je ook een komma, want er staat een voegwoord in de zin.
 Andere voegwoorden zijn: maar, of, omdat, daardoor,
 waardoor, dat, dus, terwijl, zodat, totdat, nadat etc.


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

2. Komma (deel 2)

 Extra informatie, dat wat je weg kunt laten, staat ook tussen komma's.
 Bij opsommingen van mooie, grappige, lange, korte en moeilijke bijvoeglijke naamwoorden.
 Beste lezer,
 Als komma's tussen persoonsvormen staan, begrijp je de zin beter.




Slide 16 - Slide

This item has no instructions

KOMMA
PUNT
GOEDE ZIN

Hij loopt iedere dag maar valt niks af
Dat meisje met die rode haren is erg aardig
Lees een boek ofz
Hij loopt iedere dag te klagen.
Schaatsen skiën en snowboarden zijn allemaal winterse sporten toch?

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

3. Dubbele punt (deel 1)


 De dubbele punt wordt gebruikt om iets aan te kondigen.
 
Dat kan van alles zijn:
 een opsomming, een conclusie, een citaat, een uitleg, een verklaring etc.



Slide 19 - Slide

This item has no instructions

3. Dubbele punt (deel 2)
 Opsomming
 Deze foto heeft nogal wat kleuren: rood, groen, bruin, geel en oranje.

 Conclusie
 Daarom besluiten wij: verbied het jagen op ganzen.

 Citaat
 Net zoals Peter dat wel eens zei: "Da's een verrekt goed idee!"

 Toelichting
 Een lama moet je niet uitdagen: dan spuugt hij misschien.




Slide 20 - Slide

This item has no instructions

4. Enkele aanhalingstekens
Enkele aanhalingstekens (‘deze’) kun je onder meer gebruiken bij titels, bij ironisch taalgebruik en bij zelfbedachte woorden.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

5. Dubbele aanhalingstekens
Dubbele aanhalingstekens (“deze”) worden in de meeste teksten alleen gebruikt om letterlijke citaten weer te geven.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Quiz!

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Goed of fout?
Ik wil deze ongare, smakeloze cake niet eten.
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Goed of fout?
Als je wint, heb je vrienden.
A
Goed
B
Fout

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Goed of fout?
Joh, dat geeft toch niets.
A
Goed
B
Fout

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Goed of fout?
Ik heb altijd water koekjes, een pen en een leesboek bij me.
A
Goed
B
Fout

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

dagen van de week
A
wel hoofdletter
B
geen hoofdletter

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Wel of geen hoofdletter?
A
Leeuwarden
B
leeuwarden

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer gebruik je geen hoofdletter?
A
aan het begin van een zin
B
bij namen van rivieren
C
bij namen van seizoenen
D
bij woorden die van namen zijn afgeleid

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

beste mevrouw vergeer
In de bovenstaande zin moet...
A
1 hoofdletter
B
2 hoofdletters
C
3 hoofdletters
D
geen hoofdletters

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed geschreven?
A
't is niks voor mij.
B
'T is niks voor mij.
C
't Is niks voor mij.
D
'T Is niks voor mij.

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed geschreven?
A
Wanneer gaat meneer Jansen slapen?
B
Wanneer gaat Meneer Jansen slapen?
C
Wanneer gaat meneer jansen slapen?

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed geschreven?
A
Lisa de Vries - de Groot
B
Lisa De Vries - De Groot
C
Lisa De Vries - de Groot

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed geschreven?
A
Amazon of Ebay?
B
Amazon of EBay?
C
Amazon of eBay?

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Zoek de fout 

Waar ontbreekt de komma?

Wat doet dit met de betekenis van de zin?

Slide 36 - Slide

De komma ontbreekt in de volgende zin:
'Ben je minimaal 15 jaar beschikbaar op twee avonden en op zaterdag.'
 
De komma moet achter '15 jaar'. Zo dus: Ben je minimaal 15 jaar, beschikbaar op twee avonden en op zaterdag?

 In de huidige vorm (zonder komma) betekent de zin eigenlijk dat je 15 jaar lang beschikbaar zou moeten zijn.


"
Alle studenten in de klas dachten
:
Wanneer gaat die Roger zich nou eens scheren
"

?

Slide 37 - Drag question

This item has no instructions

Einde les

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Aan het eind van de les...
1. Kun je hoofdletters op een correcte manier plaatsen in een zin en weet je de regels omtrent hoofdletters.
2. Weet je de regels omtrent interpunctie en kun je deze regels consequent toepassen in teksten.
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Poll

This item has no instructions