1.5 keuzeopdracht voor punt

1.5 Keuzeopdracht voor punt
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Natuur, Leven en TechnologieMiddelbare schoolvmbo b, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

1.5 Keuzeopdracht voor punt

Slide 1 - Slide

Opdrachtbeschrijving
In deze module heb je verschillende proefjes gedaan:

Het uienvlies
Broodschimmel
Bacteriën
De dichtheid van materialen
De snelheid van een tennisbal
Bij de natuurwetenschappen maak je vaak meetrapporten of verslagen van proefjes. Bij deze keuzeopdracht ga je van één van de proefjes een meetrapport voor punt maken. Je mag zelf kiezen van welke proefje je dat doet.
Je werkt alleen bij deze opdracht.
Een meetrapport bestaat uit standaard onderdelen die in een vaste volgorde moeten worden opgeschreven. Daar wordt in de volgende paragraaf meer uitleg over gegeven.
Je meetrapport zal worden gecontroleerd op volledigheid, de juiste volgorde, taalgebruik en lay-out. Het beoordelingsformulier staat hieronder.



Slide 2 - Slide

Beoordeling

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

De onderdelen van een meetrapport
Je begint een meetrapport altijd met een titel. Kort maar krachtig, enkele woorden, geen vraagzin.

Daarna volgt de inleiding. Beschrijf een situatie, een verschijnsel of een apparaat uit de praktijk (het dagelijks leven / de industrie) waar dit experiment betrekking op heeft. Geef theoretische achtergrondinformatie over het onderwerp van het experiment en leg begrippen uit. Gebruik hiervoor (school)boeken, internet of andere bronnen.
Vervolgens stel je je onderzoeksvraag. Geef in vraagvorm het doel van het experiment weer, indien nodig gevolgd door deelvragen. Deze vraag wordt na afloop in de conclusie beantwoord.



Slide 5 - Slide

Dan volgen de benodigdheden. Vermeld overzichtelijk (in een tabel, onder elkaar) wat nodig is voor de uitvoering van het experiment.

Slide 6 - Slide

Als de opstelling heel complex is, dan neem je ook daar een afbeelding van op.
Na de benodigdheden komt de werkwijze. In dit onderdeel staat hoe het experiment uitgevoerd is. Beschrijf dit zó dat iemand die het experiment niet heeft gedaan het kan uitvoeren. Stap-voor-stap, in de gebiedende wijs. In de werkwijze wordt ook vermeld op welk moment waarnemingen gedaan worden, welke grootheden gemeten worden en op welke manier.
Hierna volgen de resultaten. Die zijn afhankelijk van wat voor soort proefje je uitvoert.
Als je een kwalitatief practicum uitvoert, doe je waarnemingen die je omschrijft of tekent. Als je veel stoffen onderzoekt, dan maak je een voor-tijdens-na tabel waarin je van stoffen opschrijft hoe deze eruit zien. 

Slide 7 - Slide

Als je een (ooit) levend organisme onderzoekt, dan maak je tekeningen volgens de tekenregels. Als je echt niet kunt tekenen, dan mag je ook een duidelijke foto maken, maar die moet dan wel verder voldoen aan de tekenregels (en dat maakt uit voor je punt).
Als je een kwantitatief practicum doet, maak je een verwerking met daarin eerst een tabel met je meetgegevens waarna je deze verwerkt in een grafiek. Laat dan ook zien welke formules je gebruikt en de berekeningen die je maakt.
Tot slot schrijf je een conclusie. Naar aanleiding van je waarnemingen kun je een antwoord geven op de onderzoeksvraag.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Voorbeeld

Slide 10 - Slide

voobeeld

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Feedback krijgen

Bedenk eerst van welk proefje je een meetrapport wil maken. Je kunt het format gebruiken dat bij de theorie staat of zelf een word-documentje maken. Maak dan het meetrapport dat past bij jouw proefje, volgens de uitleg in de theorie.

Als je denkt dat je klaar bent, dan laat je je meetrapport beoordelen door minstens twee andere leerlingen en jij beoordeelt het meetrapport van hen. Gebruik daarvoor het beoordelingsmodel dat bij de opdracht staat, zodat je weet waarop je moet letten.

Slide 13 - Slide

Welke klasgenoten hebben jouw meetrapport beoordeeld (en van wie heb jij dus het meetrapport beoordeeld)?
Welke feedback hebben jouw klasgenoten jou gegeven? Probeer zo volledig mogelijk te zijn.
Welke feedback had jij voor jouw klasgenoten?

Slide 14 - Open question

Veel meetrapporten, verslagen of andere opdrachten schrijf je in Microsoft Word. Dan is het wel handig als je weet hoe je dat moet doen. Op school werk je vaak op je laptop.
Hieronder staat een link naar de website van Microsoft met de eerste tips. Je zult echter snel merken dat je veel meer moet kunnen dan dat. Stel vragen, help elkaar, bestudeer de website van Microsoft meer, kijk filmpjes, etc.

Slide 15 - Slide

Basistaken in Word



https://support.microsoft.com/nl-nl/office/basistaken-in-word-87b3243c-b0bf-4a29-82aa-09a681999fdc

Slide 16 - Slide




https://support.microsoft.com/nl-nl/office/opmerkingen-wijzigen-verbergen-verwijderen-of-toevoegen-aan-een-presentatie-a8f071fa-6e5d-4c37-a025-1cf48a76eb38

Slide 17 - Slide



https://support.microsoft.com/nl-nl/office/tabellen-en-afbeeldingen-invoegen-9e2be863-fcb8-4f20-af24-905121643da8

Slide 18 - Slide



https://support.microsoft.com/nl-nl/office/tabmarkeringen-weergeven-of-verbergen-in-word-84a53213-5d02-404a-b022-09cae1a3958b

Slide 19 - Slide



https://support.microsoft.com/nl-nl/office/stapsgewijze-instructies-voor-het-maken-van-een-grafiek-0baf399e-dd61-4e18-8a73-b3fd5d5680c2

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

https://edunet.clv.nl/21th-century-skills/ict-vaardigheden/functies-van-ms-excel/tabel-met-een-totaalkolom
https://edunet.clv.nl/21th-century-skills/ict-vaardigheden/functies-van-ms-excel/staafkolommengrafiek-maken

Slide 23 - Slide