1) Naturel spel: Klein, ingeleefd spel (net echt) dat meestal gebruikt wordt voor televisie. Je ziet geen verschil meer tussen de acteur en de gespeelde rol. > Dit is vaak de speelstijl bij personages.
2) Realistisch spel: Iets aangedikt, ingeleefd spel (geloofwaardig) dat meestal gebruikt wordt in theater. Belangrijke dingen worden benadrukt, uitvergroot. Onbelangrijke dingen worden weggelaten. > Dit is vaak de speelstijl bij personages.
3) Typematig spel: Overdreven, sterk uitvergroot spel dat altijd gebruik wordt bij *klucht maar ook in andere theatergenres voor kan komen. > Dit is de speelstijl bij typetjes en persiflages.