Thema 4: Voortplanting en seksualiteit

Planning
- Overhoring

- Starten B5 

- HW
1 / 46
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning
- Overhoring

- Starten B5 

- HW

Slide 1 - Slide

Veilig vrijen
- Je kunt enkele methoden van geboorteregeling noemen en hun werking uitleggen


- Je kunt enkele soa's noemen en hoe je die kunt voorkomen

Slide 2 - Slide

Anticonceptiemiddelen

Slide 3 - Mind map

Waarom zijn er anticonceptiemiddelen?

Slide 4 - Open question

Waarom anticonceptie?
- Anticonceptie = anti (tegen) + conceptie (bevruchting)

- Om bevruchting en dus zwangerschap te voorkomen

Slide 5 - Slide

Anticonceptiemiddelen
  • Condoom
  • Anticonceptiepil--> https://www.youtube.com/watch?v=lNUBbgZn2pM 

Onveilige manieren:
- Periodieke onthouding
- Coïtus interruptus 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Stel, je ben toch ongewenst zwanger
Hoe weet je dat?


Wat doe je dan?

Slide 9 - Slide

Wat is een soa?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Video

Enkele soa's 
- Chlamydia--> meest voorkomende soa in Nederland
            veroorzaakt door een bacterie

- HIV (aids)--> meest bekende soa
           veroorzaakt door een virus

Slide 12 - Slide

Wanneer zal tijdens periodieke onthouding geen geslachtsgemeenschap plaatsvinden?
A
In het begin van de menstruatiecyclus
B
In het midden van de menstruatiecyclus
C
Aan het eind van de menstruatiecyclus

Slide 13 - Quiz

Welke methode van anticonceptie is het MEEST betrouwbaar?
A
Periodieke onthouding
B
Een condoom
C
Coïtus interruptus

Slide 14 - Quiz

Waarom is een condoom extra veilig?

Slide 15 - Open question

Waarom is coïtus interruptus niet betrouwbaar?

Slide 16 - Open question

Waarom mag de morning-after pil niet te vaak worden gebruikt?
A
Je kan onvruchtbaar worden
B
Het is te duur
C
Het bevat te veel hormonen

Slide 17 - Quiz

Zwangerschap
- Beschrijven hoe de bevruchting bij de mens verloopt
  
- Beschrijven hoe een zwangerschap verloopt

- Uitleggen wat prenataal onderzoek is en hiervan voorbeelden geven

Slide 18 - Slide

Wat is er nodig voor een zwangerschap? Wat moet er gebeuren?

Slide 19 - Mind map

Slide 20 - Link

Bevruchting
Het samensmelten van de kern van de eicel met de kern van de zaadcel

Slide 21 - Slide

Innesteling

Slide 22 - Slide

Zwangerschap
Eerste weken = Embryo
Vanaf de 8e week = Foetus


Stoffen worden uitgewisseld
tussen bloed van de moeder en
embryo--> Bloed stroomt niet 
door het embryo

Slide 23 - Slide

Wat is de goede volgorde?
A
Innesteling, bevruchting, ontstaan placenta
B
Ontstaan placenta, innesteling, bevruchting
C
Bevruchting, ontstaan placenta, innesteling
D
Bevruchting, innesteling, ontstaan placenta

Slide 24 - Quiz

Waar vindt bevruchting plaats?
A
In de vagina
B
In de baarmoeder
C
In de eileider
D
In een eierstok

Slide 25 - Quiz

6 weken geleden heeft bevruchting plaatsgevonden en daarom wordt het kind een foetus genoemd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Welke stoffen worden uitgewisseld via de navelstreng naar het bloed van de moeder?
A
Bloed van het embryo
B
Afvalstoffen
C
Voedingsstoffen
D
Zuurstof

Slide 27 - Quiz

Prenataal testen?

Slide 28 - Mind map

Zwanger, en dan?
Prenataal onderzoek > (pre = voor, nataal = de geboorte)

20-wekenecho: Kijkt naar het lichaam en de organen naar problemen (zoals aan het hart) + het geslacht

Slide 29 - Slide

De combi-test en NIPT-test
Berekenen de kans op sommige erfelijke aandoeningen, zoals Down-syndroom.
Combinatietest (9-14 weken): Test bloed van de moeder en meet de nekplooi van de foetus met een echo. 

NIPT (vanaf 11 weken): Een bloedprikje in de arm, het DNA van de foetus  wordt onderzocht op sommige erfelijke aandoeningen.


Slide 30 - Slide

Zouden jullie prenataal onderzoek laten uitvoeren?
Ja
Nee

Slide 31 - Poll

Bij welke vorm van prenataal onderzoek wordt met geluidsgolven een beeld van de baby gemaakt?
A
Echografie
B
NIPT
C
Combinatietest
D
Vruchtwaterpunctie

Slide 32 - Quiz

Bij welke manier van prenataal onderzoek wordt gezocht naar afwijkingen van organen?
A
Combinatietest
B
20-wekenecho
C
Nekplooimeting
D
NIPT

Slide 33 - Quiz

HW
Lezen B6


Maken 1 t/m 3 & 5 t/m 9 

Slide 34 - Slide

Planning
-Herhalen


- B8 behandelen


- Zelf werken

Slide 35 - Slide

Wat is de goede volgorde?
A
Innesteling, bevruchting, ontstaan placenta
B
Ontstaan placenta, innesteling, bevruchting
C
Bevruchting, ontstaan placenta, innesteling
D
Bevruchting, innesteling, ontstaan placenta

Slide 36 - Quiz

Waar vindt bevruchting plaats?
A
In de vagina
B
In de baarmoeder
C
In de eileider
D
In de eierstok

Slide 37 - Quiz

Waar vindt innesteling plaats?
A
In de vagina
B
In de baarmoeder
C
In de eileider
D
In de eierstok

Slide 38 - Quiz

Welke stoffen worden via de placenta uitgewisseld?

Slide 39 - Open question

Bij welke vorm van prenataal onderzoek wordt met geluidsgolven een beeld van de baby gemaakt?
A
Echografie
B
NIPT
C
Combinatietest
D
Vruchtwaterpunctie

Slide 40 - Quiz

De geboorte
Je kunt beschrijven hoe een bevalling verloopt

Slide 41 - Slide

Zoek de volgende begrippen op
- Ontsluiting
- Uitdrijving
- Nageboorte

Schrijf voor jezelf op wat bij ieder begrip gebeurd (gebruik het boek!!!
4 min--> eerder klaar? Maak opdracht 1

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Nageboorte

Slide 44 - Slide

De ligging

Slide 45 - Slide

Ga maken
Lezen B8 

Maken 1 t/m 5

Slide 46 - Slide