Het onderzoeksverslag

Het onderzoeksverslag



Professionele ontwikkeling
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Het onderzoeksverslag



Professionele ontwikkeling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lessen
  •  09-06             Nieuwe ontwikkelingen in de zorg
  • 16-05               Waar vind ik mijn bronnen en hoe stel ik een                                      bronnenlijst op?
  • 23-05               Hoe schrijf je een onderzoeksverslag?
  • 30-05                Hoe kun je op een creatieve manier kennis                                        delen en feedback vragen?
  • 06-06 ev          Zelfstandig werken  

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Tot nu toe......
Deelopdracht 1
  • Inventariseer 5 nieuwe ontwikkelingen in de branche van de afgelopen 5 jaar.
  • Kies 1 ontwikkeling waar je je verder in wil verdiepen.
  • Koppel 1 ontwikkeling aan je eigen persoonlijke ontwikkeling door een POP te schrijven in Dulon Online.
Deelopdracht 2
Zoek aanvullende literatuur over de nieuwe ontwikkeling.  Zorg voor een bronnenlijst.
Niveau 4: minimaal 5 bronnen, waarvan minimaal 1 wetenschappelijk artikel.
Nadat je literatuuronderzoek hebt gedaan kun je je eigen visie vormen t.a.v. het gekozen thema. Schrijf een kort verslag over jouw visie.
Stuur een feedbackverzoek naar de vakdocent.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Deelopdracht 3
  • Het onderzoek bij deelopdracht 2 verder uitwerken.
  • Leg de gevonden informatie vast in een onderzoeksverslag en koppel dit aan je eigen ontwikkeling .
  • Upload het verslag als bijlage bij deze opdracht.
  • Ga indien nodig op bezoek bij deskundigen. Verwerk de verkregen informatie en upload dit als bijlage bij de opdracht.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wie heeft er;
  • een onderzoeksvraag geformuleerd?
  • deelvragen geformuleerd?
  • bronnen kunnen vinden?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Let op 
 Betrek je collega's, manager bij de opdracht!

wie nog meer?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Van data naar conclusie en aanbeveling
1. Analyseren                     
Gegevens uit theorie en interviews halen. Wat valt op? Belangrijke informatie er uit halen. Waar wil je antwoord op?
2. Interpreteren
Wat zeggen deze gegevens? Wat betekent het?
3. Conclusie
Terug naar je centrale vraag? Welke conclusie kun je trekken?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Opbouw onderzoeksverslag (bijlage)
Titel, voorwoord, inhoudsopgave, samenvatting
1. Inleiding           relevantie, aanleiding, doelstelling, centrale vraag, deelvraag
2. Theoretisch kader/inhoudelijke verkenning     literatuur
3. Onderzoeksopzet en uitvoering     werkwijze
4. Resultaten       analyse
5. Conclusie     antwoord op onderzoeksvragen
6. Aanbevelingen     wat betekent dit voor de praktijk?
Bronnenlijst
Bijlagen


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Theoretische kader en Onderzoeksopzet
2 en 3
  • Theorie: Bronnen uit Literatuur
  • Interview of enquete

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

1. Onderzoeksvraag formuleren
PICO
P            Populatie, Patientengroep, Probleem
I              Interventie
C            Comparison
O            Outcome

Slide 10 - Slide

Hoe maak ik een goede PICO?
PICO bestaat uit de volgende onderdelen:
P - Populatie, Patiëntengroep of Probleem waarin je geïnteresseerd bent. Denk hierbij aan opvallende kenmerken (bijv. ...
I - Intervention, die je wilt onderzoeken. ...
C - Control, of Comparison, oftewel het alternatief wat je wilt onderzoeken (bijv. ...
O - Outcome, de uitkomst.
Voorbeeld PICO
Er zijn weinig verpleegkundigen en fysiotherapeuten waardoor er ook weinig ruimte is om goed en effectief met de patiënt te oefenen. Revalidatie richtlijn beschrijft dat het een overweging zou kunnen zijn om groepsrevalidatie op te starten. Echter is de effectiviteit hiervan onduidelijk.
Wat is de effectiviteit van groepsrevalidatie op de kwaliteit van leven bij post-CVA patiënten?

P-   Post CVA patienten
I-     Groepsrevalidartie
(C-   Individuele revalidatie)
O-   Betere kwaliteit van leven

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Een onderzoeksvraag is;
  • Onderzoekbaar
  • Haalbaar
  • Origineel
  • Complex (geen ja/geen nee)
  • Relevant
  • Specifiek
  • Focus op 1 probleem

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

1. Onderzoeksvraag
Wanneer is een onderzoeksvraag goed?
  • Een onderzoeksvraag begint altijd met: hoe, welke, wat of waarom.
  • Een onderzoeksvraag is een verwachting, ook wel hypothese. 
  • Een onderzoeksvraag kun je niet beantwoorden met 'ja' of 'nee'. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Onderzoeksvraag
  • Een onderzoeksvraag bestaat niet uit meningen, maar is objectief. 
  • Een onderzoeksvraag moet meetbaar zijn. 
  • Er zijn meerdere deelvragen nodig om antwoord te geven op de onderzoeksvraag. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Deelvragen
* Zijn onderdelen van de hoofdvraag
* Zorgen voor structuur in je onderzoek en in je verslag
* Maken het onderzoek completer

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Deelvragen
Kenmerken deelvragen:
  • De deelvragen zijn minder complex dan de hoofdvraag.
  • Je stelt alleen deelvragen op die je per se nodig hebt om je hoofdvraag te beantwoorden.

  • Je stelt altijd wel één of twee beschrijvende of vergelijkende deelvragen op.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Beschrijvende vraag




Het antwoord op een beschrijvende vraag is de beschrijving van een situatie, gebeurtenis of ontwikkeling.

Bijvoorbeeld: Wat zijn de spelregels van het voetbalspel?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Verklarende vraag


Het antwoord op een verklarende vraag geeft een verklaring voor een gebeurtenis of ontwikkeling.

Bijvoorbeeld: Waarom mogen kinderen onder de 18 jaar niet autorijden?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Vergelijkende vraag

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

WAT ZIJN DE VERSCHILLEN TUSSEN HET SPELEN OP KUNSTGRAS EN OP ECHT GRAS?
A
Beschrijvende vraag
B
Verklarende vraag
C
Vergelijkende vraag

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

HOEVEEL HARRY POTTER FILMS ZIJN ER UITGEBRACHT?
A
Beschrijvende vraag
B
Verklarende vraag
C
Vergelijkende vraag

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat gebeurde er in de 2e wereldoorlog?
A
Is duidelijk afgebakend
B
Is niet algemeen
C
Is duidelijk afgebakend maar wel algemeen
D
Is algemeen en niet duidelijk afgebakend

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welke onderzoeksvraag is haalbaar?
A
Is er leven op Mars?
B
Wat zou er anders zijn in je leven als de klok geen 12 maar 10 uur had?
C
Welke rol spelen kleine podia in de loopbaan van musici?
D
Wat is er eigenlijk nodig om over water te kunnen lopen?

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

De conclusie
Als je de deelvragen hebt beantwoord, moet je een antwoord op de hoofdvraag kunnen geven. 

Dit doe je in de conclusie!

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Bedenk een goede deelvraag bij dit onderzoek

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

"We kwamen erachter dat alle talen een woordje hebben dat lijkt op het Nederland­se ‘huh’. We waren zelf echt stomver­baasd"


A
Dat is een 1 april - grap die in 2014 op het nos-journaal als serieus nieuws gepresenteerd werd
B
Dat is één van de resultaten van een vergelijkende taalstudie door onderzoekers Mark Dingemanse van het Max Planck Instituut in Nijmegen.
C
Onderzoek naar het woordje 'huh' is geen serieus onderzoek
D
Dat is een baanbrekend onderzoek dat in 2001 de Nobelprijs voor toegepaste wetenschappen ontving.

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Slide 28 - Link

This item has no instructions