What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica blok 4; vzv en bnw in een naamwoordelijk gezegde - hv2a
Grammatica blok 4; vzv en bnw in een naamwoordelijk gezegde - hv2a
Doelen:
*Je kunt een voorzetselvoorwerp in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
*Je kunt een bijvoeglijk naamwoord in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica blok 4; vzv en bnw in een naamwoordelijk gezegde - hv2a
Doelen:
*Je kunt een voorzetselvoorwerp in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
*Je kunt een bijvoeglijk naamwoord in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
Slide 1 - Slide
Wat heb je onthouden over een naamwoordelijk gezegde?
Slide 2 - Mind map
Stappenplan naamwoordelijk gezegde
1
Zoek het belangrijkste werkwoord van de zin op.
2
Staat het werkwoord in het rijtje van de kww?
3
Doet of is het onderwerp iets?
Nee
= wwg
Doet
= wwg
Is
= nwg
Slide 3 - Slide
WWG
Morgen | zal | de zon | volgens de nieuwe weervrouw | niet |schijnen.
Wwg = zal schijnen
Ond = de zon
Bwb = morgen, volgens de nieuwe weervrouw, niet
--------------------------
Bvb = nieuwe --> weervrouw
Z
ijn
W
orden
a
B
lijven
B
lijken
e
L
ijken
S
chijnen
+
H
eten
D
unken
V
oorkomen
Slide 4 - Slide
Z
ijn
W
orden
a
B
lijven
B
lijken
e
L
ijken
S
chijnen
+
H
eten
D
unken
V
oorkomen
NWG
Engels schijnt voor liedteksten een betere taal te zijn.
Nwg = schijnt
een betere taal
te zijn
Ond = Engels
Bwb = voor liedteksten
----------------------------------
Bvb = betere --> taal
Slide 5 - Slide
WWG
Morgen | zal | de zon | volgens de nieuwe weervrouw | niet |schijnen.
Wwg = zal schijnen
Ond = de zon
Bwb = morgen, volgens de nieuwe weervrouw, niet
--------------------------
Bvb = nieuwe --> weervrouw
NWG
Engels schijnt voor liedteksten een betere taal te zijn.
Nwg = schijnt
een betere taal
te zijn
Ond = Engels
Bwb = voor liedteksten
----------------------------------
Bvb = betere --> taal
Slide 6 - Slide
Madita is dol op haar zoontje.
In deze zin staat een voorzetselvoorwerp. Welk zinsdeel is dat?
Slide 7 - Open question
Een naamwoordelijk gezegde met een voorzetselvoorwerp
Een
naamwoordelijk
gezegde
kan in combinatie met een
voorzetselvoorwerp
voorkomen (een vast voorzetsel hoort bij een bepaald naamwoordelijk gezegde).
Madita | is | dol | op haar zoontje.
ond nwg nwg vzv
Slide 8 - Slide
Welk voorzetsel hoort op de open plek?
Ik ben nieuwsgierig ....... de afloop van die serie.
Slide 9 - Open question
Welk voorzetsel hoort op de open plek?
Hij is vol ......... het nieuwe PS4-spel.
Slide 10 - Open question
Voorbeelden
nwg
met
vzv
Doortje
is dol
op koekjes.
Calvijn
is erg nieuwsgierig
naar de afloop van de inschrijvingen.
Geert Wilders
is verantwoordelijk
voor zijn eigen campagne.
Slide 11 - Slide
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
Slide 12 - Mind map
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 13 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man >
Slide 14 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man > De man |
is
|
groot
.
Slide 15 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man > De man |
is
|
groot
.
De
knappe
dame >
Slide 16 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man > De man |
is
|
groot
.
De
knappe
dame > De dame |
is
| vroeger |
ontzettend
knap
|
geweest.
Slide 17 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man > De man |
is
|
groot
.
De
knappe
dame > De dame |
is
| vroeger |
ontzettend
knap
|
geweest.
De
zieke
jongen >
Slide 18 - Slide
Een
bijvoeglijk naamwoord
in een
naamwoordelijk gezegde
De
grote
man > De man |
is
|
groot
.
De
knappe
dame > De dame |
is
| vroeger |
ontzettend
knap
|
geweest.
De
zieke
jongen > De jongen |
bleef
| nog dagen |
ziek
.
Slide 19 - Slide
Opa stapt in een oude auto.
Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
A
auto
B
opa
C
oude
D
een
Slide 20 - Quiz
Hoeveel bnw's heeft de zin hieronder?
Ik word blij van mijn nieuwe telefoon.
A
geen
B
één
C
twee
D
drie
Slide 21 - Quiz
Hoeveel bnw's heeft de zin hieronder?
De blauwe auto is van mij.
A
geen
B
één
C
twee
D
drie
Slide 22 - Quiz
Hoeveel bnw's heeft de zin hieronder?
Het droevige nieuws staat in alle kranten.
A
geen
B
één
C
twee
D
drie
Slide 23 - Quiz
Tijdens de vergadering luisterde iedereen.
'tijdens' is een ...
A
znw
B
bnw
C
pers.vnw
D
vz
Slide 24 - Quiz
Mijn buurvrouw kan soms heel boos worden.
'worden' is een ...
A
kww
B
zww
C
hww
D
bnw
Slide 25 - Quiz
Ik ben een erg groot fan van Justin Bieber.
'erg' is een ...
A
bnw
B
bw
C
hww
D
wederkerend vnw
Slide 26 - Quiz
Door de plotselinge regenbui ging de wedstrijd niet door.
'plotselinge' is een ...
A
lidwoord
B
znw
C
bnw
Slide 27 - Quiz
Doelen:
*Je kunt een voorzetselvoorwerp in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
*Je kunt een bijvoeglijk naamwoord in een naamwoordelijk gezegde herkennen.
Slide 28 - Slide
Wat ga je nu doen?
Je maakt in de online leeromgeving van grammatica blok 4 opdr. 6, 7 en 8.
Hiervoor ga je naar Magister > Leermiddelen > Op niveau, havo/vwo 2 > Blok 4 > Grammatica > 4.5 en 4.6.
Slide 29 - Slide
More lessons like this
WK 18: Les 2 (herhaling grammatica red.)
May 2019
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grammatica: redekundig (WK 40 LES 2)
September 2018
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grammatica: redekundig (WK 40 LES 2)
January 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Week 16 les 3 voor vwo: NWG met VZV
April 2020
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
NG en voorzetselvoorwerp herhaling
January 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
NG en voorzetselvoorwerp herhaling
February 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Naamwoordelijk gezegde en voorzetselvoorwerp
January 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Herhaalles 2 naamwoordelijk gezegde
March 2020
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2