KT1_H9_9.5 Symmetrie in vlakke figuren

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Welkom

Telefoon in telefoontas.

Ga rustig op je plek zitten.

Pak leesboek op tafel.

Ga 5 minuten in stilte lezen.

Planning van vandaag

1) 5 minuten in stilte lezen

2) Voorkennis ophalen

3) Instructie paragraaf 9.5: Symmetrie in vlakke figuren.

4) Aan de slag

5) Evaluatie

Dit is het leerdoel van de les. Houd dit in gedachten tijdens de presentatie.

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je tekens zetten in vlakke figuren.

Aan het einde van de les kun je symmetrische driehoeken herkennen.

Introduceer het leerdoel van de les.

Wat weet je al over symmetrische figuren?

Wat zijn vlakke figuren?

Vlakke figuren zijn 2D-figuren die plat op een oppervlak liggen.

Leg kort uit wat vlakke figuren zijn. Laat enkele voorbeelden zien.

Hoe zet je tekens in vlakke figuren?

Je kunt tekens zetten in vlakke figuren door evenwijdigheidspijlen, strepen voor even lange lijnen en rechtehoektekens te gebruiken.

Leg uit hoe de leerlingen tekens kunnen zetten in vlakke figuren. Laat enkele voorbeelden zien.

Test opgave blz. 215

Oefenen met tekenen.

Laat de leerlingen zelfstandig of in groepjes oefenen met het tekenen van symmetrische figuren.

Test opgave blz. 215 (Controle)

Oefenen met tekenen.

Laat de leerlingen zelfstandig of in groepjes oefenen met het tekenen van symmetrische figuren.

Aan de slag

Wat: 36 t/m 44 op blz. 215 t/m 218

Hoe: Fluisterend overleggen met directe buur.

Hulp: Eerst buur, daarna vinger opsteken.

Tijd: Tot 5 minuten voor einde les.

Uitkomst: Opdrachten nakijken en verbeteren (Classroom).

Klaar: Werk door docent laten controleren.

             Vervolgens leerdoelencheck op blz. 218

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.