Groene zorg - Hoofdstuk 8 Motiveren en ondersteunen

Groene zorg - Hoofdstuk 6 Een rondleiding geven
Groene zorg
Hoofdstuk 8

Motiveren en ondersteunen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Groene zorgMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Groene zorg - Hoofdstuk 6 Een rondleiding geven
Groene zorg
Hoofdstuk 8

Motiveren en ondersteunen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt cliënten instructies geven om een taak te doen;
  • Je kunt cliënten motiveren om een taak te doen;
  • Je kunt cliënten ondersteunen tijdens een taak;
  • Je kunt een taak met cliënten afronden.

Slide 2 - Slide

Terugblikken

  • Flexibel;
  • Gedetailleerde planningen;
  • Inventariseren;
  • Logistiek;
  • Menskracht;
  • Dagelijks en periodiek
Hoofdstuk 7

Slide 3 - Slide

Wat is volgens jou logistiek?

Slide 4 - Mind map

Logistiek
  • Logistiek is ervoor zorgen dat iets goed verloopt.
  • Vervoer;
  • Eten en drinken;
  • Planningen.

Slide 5 - Slide

Waar moet je doen voordat je een planning kan maken?

Slide 6 - Mind map

Planning maken
  • Inventariseren;
  • Gedetailleerde planning;
  • Planning computer of met de hand;
  • Dag/Week/Jaar planning.

Slide 7 - Slide

Wat is een voordeel van een planning maken via de computer?

Slide 8 - Mind map

Een planning maken
  • Een goede planning bevat:



  • Dagelijkse of periodieke werkzaamheden;
  • Omstandigheden;
  • Menskracht;
  • Activiteiten plannen (voorbereiding, uitvoering, nabespreking)
  • Een duidelijke omschrijving wat je moet doen;
  • Wanneer er iets gedaan moet worden;
  • Waar de taak uitgevoerd moet worden;
  • Wie er allemaal moet helpen bij de taak.

Slide 9 - Slide

Noem 4 voorbeelden van periodieke werkzaamheden

Slide 10 - Open question

Noem 4 voorbeelden van dagelijkse werkzaamheden

Slide 11 - Open question

Het gaat plotseling regenen. Je zou met de cliënten zaadjes gaan planten. Wat doe je met je planning?
A
Je gaat koffie drinken met je collega's
B
Je stuurt de cliënten naar huis
C
Je verzint een andere activiteit
D
Je voert de activiteit toch uit

Slide 12 - Quiz

Belangrijke woorden
  • Flexibel;
  • Gedetailleerd;
  • Inventariseren;
  • Logistiek;
  • Menskracht;
  • Dagelijkse werkzaamheden;
  • Periodieke werkzaamheden.

Slide 13 - Slide

Opdracht
  • Je een lunch verzorgen voor 6 cliënten;
  • Je maakt een gedetailleerde omschrijving van de voorbereidingen;
  • Je maakt een planning met daarin de 4 punten waar een planning aan moet voldoen;
  • Je maakt een beschrijving hoe het uitgevoerd moet worden;
  • Je maakt een lijst van boodschappen (met prijzen) die je nodig hebt.

Slide 14 - Slide