les 2 en 3 profiel / ethiek

Ethiek



BOL leerjaar 3
les 2
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Sociaal WerkMBOStudiejaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Ethiek



BOL leerjaar 3
les 2

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Vorige week - vragen / opdracht.
Theorie / begrippen uitleggen.
Uitleg eind opdracht.
Groepen maken (docent).
afspraken maken met je groep.

Slide 2 - Slide

Ethiek
''Nadenken over wat goed en fout handelen is''

Ethiek is onderdeel van filosoferen. Grondlegger: Socrates, Athene (469 v.Chr.)

Slide 3 - Slide

Het geweten 
De normen, de regels die je van huis uit hebt geleerd, heb je je eigen gemaakt. 
Tijdens de opvoeding worden de regels ingeprent in het bewustzijn van het kind. Er vormt zich een geweten. 
Geweten is iets in ons dat zegt wat goed of slecht is. 
Een soort moreel besef.


Slide 4 - Slide

Het geweten  2

Een belangrijk onderdeel van het geweten bestaat in geboden en verboden;
 zoals niet liegen, niet discrimineren, je plicht doen, naar je ouders luisteren, enzovoort.

Slide 5 - Slide

Moreel dilemma
Elke dag kom je wel in aanraking met grote of kleine voorvallen waarbij je voor jezelf moeten bepalen wat goed is, minder goed of helemaal niet goed.  

Een moreel dilemma; 
  • Mag je liegen om iemands leven te redden? 
  • Mag je om iemand te helpen een belofte of contract breken?
  • Een moreel dilemma is een keuzeprobleem, waarbij twee (ethische) waarden tegen elkaar worden afgewogen.

Slide 6 - Slide

Jij als professional...

Als professional lever je goede zorg, maar dit is meer dan alleen maar technisch de juiste handelingen uitvoeren. 
Het gaat over mensen, mensen met eigen waarden, normen, behoeften en verwachtingen.

Wie kent de beroepscode? Zoek deze op. Wat staat erin?

Slide 7 - Slide

Verschil ethiek en moreel 
  • Je ethisch gedragen” betekent dus dat je nadenkt over hoe je moet handelen. Het systematisch nadenken over normen en waarden die in handelings- en beslissituaties een rol spelen.
  • “Je moreel gedragen” betekent dat je handelt volgens je eigen moraal. Handelen volgens je eigen moraal is iets dat je eigenlijk zonder nadenken moet kunnen. 

Slide 8 - Slide

Moreel beraad
  • Is een gesprek waarin de deelnemers gezamenlijk een ethische kwestie uit hun werk bespreken. Zij doen dit gestructureerd, aan de hand van een gespreksmethodiek, en met behulp van een gespreksleider.
  • Het doel kan bijvoorbeeld zijn het bevorderen van de samenwerking binnen een team of de reflectie op de eigen professionaliteit. In dat geval is de casus in een moreel beraad tegelijkertijd een middel voor een ander doel, zoals onderlinge communicatie en bejegening of bevorderen van (visie op) professionaliteit.

Slide 9 - Slide

Dilemma's op stage;
Afzeggen van activiteiten i.v.m. personeel te kort.
Een cliënt die met zijn gedrag onrust veroorzaakt.
Deur op slot van een cliënt.
Client op bed leggen onder dwang.
Politie bellen bij een cliënt met drugs in zijn bezit.
Als stagiaire alleen op de groep staan.
Alcohol bij een cliënt die onder invloed is.

Slide 10 - Slide

Eind opdracht
Docent maakt groepen van 4.

De opdracht is te vinden;
- Teams
- Kanaal Profiel / ethiek / Laura
- Groepsethiek eindopdracht.
- Maak met je groep start afspraken!

Slide 11 - Slide

Les 3
Vandaag;
In groepen;

Normen en waarden spel.
Uitwerken dilemma met de stappen.

Slide 12 - Slide

Dilemma;
Karin woont in een zorginstelling voor mensen met een beperking. Ze is een jonge COPD-patiënt (COPD is een longziekte waarbij de longen zijn beschadigd) en heeft nog maar één long. Karin heeft slikproblemen en krijgt daarom op advies van de kno-arts gemalen voedsel te eten. Het risico op verslikken is door het gemalen voedsel aanzienlijk kleiner. Karin verzet zich hevig tegen het gemalen voedsel. Ze zegt: ‘Als mijn tijd komt, komt God me halen’. Karin is bang dat haar kaakspieren verslappen en het gemalen voedsel een grote invloed heeft op haar spreekvermogen en sociale leven. Ze wil genieten van het eten. Het is een van haar grootste pleziertjes in het leven. Nu kan ze niet meer uit eten gaan of van een broodje hamburger genieten na een uitstapje met haar vriendinnen. Friet met mayonaise wordt gemalen. Karin én haar ouders pleiten voor klein gesneden voedsel.


Slide 13 - Slide

Stap 1. Verkennen

Inventariseer de vragen en probeer daar een antwoord op te vinden. Het doel is een compleet beeld te krijgen van de situatie door het verzamelen van feiten.

Slide 14 - Slide

Stap 2. Formuleren
Formuleer de morele vraag waar je aan het eind van het gesprek of denkproces een antwoord op wil hebben.

Slide 15 - Slide

Stap 3. Analyseren
Breng in kaart wie er allemaal bij de situatie betrokken zijn.
 Wat ieders verantwoordelijkheden zijn en welke argumenten betrokkenen hebben. 
Dat is in de eerste plaats natuurlijk de patiënt, maar ook diens naasten, artsen en andere zorgverleners. 

Slide 16 - Slide

Stap 4. Afwegen
Deze fase is het belangrijkste, hier maak je de afweging tussen de verschillende argumenten. 
Bij voorkeur gebeurt dit op een systematisch mogelijke manier

Slide 17 - Slide

Stap 5. Besluiten
Aan het einde van het gesprek of denkproces neem je een besluit en maak je afspraken over hoe het besluit wordt uitgevoerd.
Ook bekijk je of en hoe je morele schade die 
eventueel uit het besluit voortvloeit, 
zo klein mogelijk kunt houden.

Slide 18 - Slide

Stap 6. Evalueren
Na afloop evalueer je het denkproces en het gesprek.
Is alles en iedereen aan bod gekomen?
Zijn er nog verbeterpunten en hoe ga je hiermee verder? 

Slide 19 - Slide

Opdracht;


Nomen en waarden spel in groepen

Slide 20 - Slide