Thema 2.9 les 6 De celkern

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 9: De celkern
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 9: De celkern

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Huiswerk noteren in je agenda
Huiswerk controle
Lesdoelen
Hoe zat het ook alweer?
Uitleg thema 2, basisstof 4
Aan de slag!  



Slide 2 - Slide

Huiswerk 2.9
Klas 1A: dinsdag 13 december - 7e uur

Lezen:  blz. 122
Maken: blz. 123: 1-2-3-4

Slide 3 - Slide

Huiswerk 2.9
Klas 1B: maandag 12 december - 6e uur

Lezen: Blz. 122
Maken: Blz. 123: 1-2-3-4

Slide 4 - Slide

Huiswerk controle!!!
Hoe is het huiswerk gemaakt?

Nog moeilijkheden?

Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je...


  • Tenminste 3 kenmerken van chromosomen noemen.

Slide 6 - Slide

Hoe zat het ook al weer?

Slide 7 - Slide

Planten cel               Dierlijke cel

Slide 8 - Slide

Planten cel               Dierlijke cel

Slide 9 - Slide

Wat zijn organen?
A
Delen van het lichaam met een bepaalde taak
B
Mensen en dieren
C
Een onderdeel van je oor
D
Een torso

Slide 10 - Quiz

Dit zijn cellen uit een blad, kunnen deze cellen aan fotosynthese doen?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

Wat is geen orgaan?
A
Hart
B
Maag
C
Skelet
D
Dikke darm

Slide 12 - Quiz

Dierlijke cellen zijn cellen van?
A
planten
B
mensen en dieren

Slide 13 - Quiz

Wat hebben plantaardige cellen dat dierlijke cellen niet hebben?
A
celkern
B
celwand
C
bladgroenkorrels
D
celplasma

Slide 14 - Quiz

Is dit een orgaan?
A
Ja!
B
Nee!

Slide 15 - Quiz

Een plantencel heeft een celkern
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Heeft een kip organen? En heeft een tulp organen?
A
Alleen een kip heeft organen
B
Alleen een tulp heeft organen
C
Een kip en een tulp hebben allebei organen
D
Geen van beide hebben organen

Slide 17 - Quiz

Dieren hebben een celwand
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

In veel cellen zit een celkern, de functie van deze celkern is:
A
zorgen voor stevigheid
B
zorgen voor fotosynthese
C
regelen van alles wat er in de cel gebeurt
D
zorgen voor transport

Slide 19 - Quiz

aan welk orgaan van de plant zitten alle andere organen vast?
A
Wortel
B
Stengel
C
blad
D
bloem

Slide 20 - Quiz

Heeft een kip organen? En heeft een worm organen?
A
Alleen een kip heeft organen
B
Alleen een worm heeft organen
C
Een kip en een worm hebben allebei organen
D
Geen van beide hebben organen

Slide 21 - Quiz

Dit is een orgaan van de mens.
Tot welk orgaanstelsel behoort dit orgaan?
A
Tot het ademhalingsstelsel
B
Tot het bloedvatenstelsel
C
Tot het verteringsstelsel
D
Tot het zenuwstelsel

Slide 22 - Quiz

Heeft een plantencel een celwand
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Uitleg basisstof 2.4 De celkern

Slide 24 - Slide

Celkern
Elke dierlijke en plantaardige cel heeft een celkern.

Op de afbeelding hiernaast zie je een dierlijke cel en hierop is de celkern heel goed te zien.

Slide 25 - Slide

Functie celkern
De celkern regelt alles in de cel.

In de celkern liggen Chromosomen. 

Chromosomen zijn lange dunne draden. 

Je kan chromosomen niet zien tenzij de cel gaat delen. 

Slide 26 - Slide

Erfelijke eigenschappen
Hoe jij eruit ziet wordt bepaald door je ouders.

Ze geven hun bepaalde (willekeurig) erfelijke eigenschappen door. 

Slide 27 - Slide

DNA

Chromosomen bestaat voor een groot deel uit de stof DNA.

In elke cel in je lichaam ligt dezelfde informatie.



Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Noem 3 kenmerken van DNA

Slide 30 - Mind map

Aan de slag! Thema 2.9
Wat?  Huiswerk: Lezen: blz: 122 Maken: 1-2-3-4
Hoe?   Alleen of fluisterend samen met je buur.
Hulp?  Vragen aan je buur of de docent.
Tijd?  Tot het einde van de les.
Uitkomst, wat doen we ermee? De volgende les bespreken we per beurt de vragen.
Klaar? Maak online de test-je-zelf thema 2.9

               



timer
10:00

Slide 31 - Slide