Ontdek hoe bier wordt gebrouwen!

Ontdek hoe bier wordt gebrouwen!

Doelstelling

Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe bier wordt gebrouwen.

Introduceer het doel van de les en leg uit waarom het belangrijk is om te leren hoe bier wordt gebrouwen.

Wat weet je al over het brouwproces van bier?

Ingrediënten

Bier wordt gemaakt van water, gerst, hop en gist.

Beschrijf de vier hoofdingrediënten van bier en hun functies in het brouwproces.

Mouten

Gerst wordt geweekt en gekiemd om mout te produceren.

Leg uit hoe gerst wordt omgezet in mout en bespreek waarom dit belangrijk is voor het brouwproces.

Maischen

Mout wordt gemengd met warm water om suikers vrij te maken.

Beschrijf het proces van het mengen van mout en warm water om suikers vrij te maken en de rol van enzymen in dit proces.

Koken en hoppen

Het brouwsel wordt gekookt en hop wordt toegevoegd om smaak en aroma's te geven.

Leg uit waarom het brouwproces het koken van het brouwsel en het toevoegen van hop omvat en hoe dit bijdraagt aan de smaak en aroma's van het bier.

Fermentatie

Gist wordt toegevoegd aan het gekoelde brouwsel om suikers om te zetten in alcohol en koolstofdioxide.

Bespreek hoe gist suikers omzet in alcohol en koolstofdioxide en leg uit hoe de temperatuur en tijdsduur van de fermentatie het eindproduct beïnvloeden.

Rijpen en bottelen

Het bier wordt gerijpt om de smaak en het koolzuurgehalte te ontwikkelen en vervolgens gebotteld of getapt.

Beschrijf het proces van het rijpen van bier en hoe dit bijdraagt aan de smaak en het koolzuurgehalte. Bespreek ook de verschillende verpakkingsmogelijkheden voor bier.

Proeverij

Proef verschillende soorten bier en beschrijf de smaak en het aroma.

Laat de studenten verschillende soorten bier proeven en bespreek de smaak en het aroma van elk bier.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.